Sega Amerika-werknemers richten vakbond op
Groep eist o.a. betere arbeidsvoorwaarden en loonsverhoging
Een "overgrote meerderheid" van de werknemers van Sega Amerika's Irvine-divisie hebben aangekondigd een vakbond op te richten.
De vakbond gaat Allied Employees Guild Improving Sega (AEGIS) heten en de groep werkt samen met de bestaande vakbond Communications Workers of America. Polygon meldt dat het om zo'n 144 werknemers gaat.
"We zijn verenigd door het geloof dat we samen een toekomst kunnen veiligstellen waarin we gemachtigd zijn om voor onszelf en voor onze collega's op te komen", aldus AEGIS in een statement. De organisatie eist van Sega Amerika dat het de vakbond zonder tussenkomst accepteert.
Volgens de groep is er op dit moment een "gebrek aan controle" over diens arbeidsomstandigheden. Dit weerhoudt de werknemers van hen doel om geweldige games voor gepassioneerde fans te creëren. Daarbij zouden de lonen van de Irvine-divisie "onder het gemiddelde binnen de industrie liggen". Ook zouden werknemers slechte arbeidsvoorwaarden hebben en weinig uitzicht op promotie hebben.
Volgens AEGIS liggen de eisen die het stelt "op het niveau van Sega's kernwaarden". Als Sega aan de eisen kan voldoen, zal het volgens de groep "het bedrijf sterken en de kwaliteit van de games die we produceren verhogen".
Afgelopen februari kondigde Sega Sammy al aan dat Japanse werknemers een loonsverhoging van dertig procent kregen. Sega nam de stap om "het inkomen van werknemers verder te stabiliseren en een comfortabeler werkomgeving te creëren." Daarnaast wil het diens positie op de globale markt versterken.
Het aansluiten bij vakbonden is zeker in de Verenigde Staten een relatief gebruikelijk proces, maar was tot voor kort ongehoord binnen de game-industrie. Steeds meer werknemers van gamebedrijven - voornamelijk QA-testers - richten echter vakbonden op. Zo volgen Sega Amerika-werknemers mensen bij ZeniMax, Raven Software en Blizzard Albany op.
Sega gaf onlangs overigens nog aan dat het Angry Birds-ontwikkelaar Rovio Entertainment koopt voor 706 miljoen euro.