Afgelopen woensdag zond Sony een nieuwe PlayStation Showcase uit – de eerste in ruim anderhalf jaar tijd. De verwachtingen waren dan ook hooggespannen, maar die werden voor veel fans bij lange na niet waargemaakt. De nieuwe aankondigingen van Sony zelf waren geen smaakmakers en de presentatie wist dan ook niet te enthousiasmeren voor het toekomstbeeld van de PlayStation 5.
Laat ik voorop stellen dat Sony dat enthousiasme helemaal niet nodig heeft. De PlayStation 5 gaat als zoete broodjes over de toonbank, alle grote third party-games verschijnen op het apparaat en later dit jaar staat de gigablockbuster Marvel’s Spider-Man 2 op stapel. De gemiddelde consument wist niet eens dat er een PlayStation Showcase werd gehouden, laat staan dat het eventueel tegenviel. Kijkend naar het grote plaatje is die Showcase niets meer dan een kiezelsteentje in een zee aan PS5-transacties. Die kassa blijft onverminderd rinkelen.
Dat gezegd hebbende mag er best geklaagd worden. Op Spider-Man 2 na zijn zo’n beetje alle games van PlayStation Studios die voor of rond de release van de PS5 zijn aangekondigd inmiddels verkrijgbaar. De Showcase was dan ook hét moment om een eerste glimp op te vangen van wat in fanatieke kringen ook wel ‘fase twee’ van het systeem wordt genoemd. Vriend en vijand gingen er eens goed voor zitten om te zien wat we de komende jaren gaan spelen.
Rollende ogen
Nou, geef mijn portie maar aan Fikkie. Sony had ons natuurlijk al gewaarschuwd dat het flink zou gaan inzetten op liveservicegames. Het is niet per se mijn favoriete kapstok om een game aan op te hangen, maar wie weet wat voor originele ideeën eruit zouden voortvloeien. Niemand kon echter vermoeden dat onze kennismaking met deze nieuwe strategie een generieke Watch Dogs-rip-off in een multiplayerjasje zou worden.
Je zou me kunnen wijsmaken dat een AI de onthullingstrailer van Fairgames (maar dan met een dollarteken aan het einde), de eerste game van Jade Raymonds’ Haven Studios, eruit heeft gepoept. Het is dat ik op dat moment nieuwsberichten aan het tikken was, anders had ik bij het zien van de tekst ‘cheat the rich’ in een trailer gemaakt door een miljardenbedrijf mijn ogen zo ver omhoog gerold dat ik mijn verveelde hersenen had kunnen aanschouwen.
Ook de andere aankondigingen van PlayStation Studios wisten niet te imponeren. Firewalk Studios werkt aan multiplayershooter Concord, maar die trailer was zó nietszeggend dat ik niet zou weten wat voor mening ik er op zou moeten nahouden. Wat is dat toch met die CGI-trailers? Weten bedrijven nu nog niet dat die geen indruk meer maken op kijkers?
Bungie, inmiddels ook onderdeel van Sony, ontwikkelt extraction shooter Marathon – gebaseerd op haar klassieke spelreeks – maar ook die trailer leek de bekende sci-fi-clichés niet uit de weg te gaan. Spider-Man 2 bood gelukkig wel gameplay – en prachtig ogend ook – maar eigenlijk zag ik niets wat niet in de vorige twee games mogelijk was. Al heb ik er alle vertrouwen in dat Insomniac Games weer gewoon kwaliteit aflevert.
Maar waar was bijvoorbeeld de PlayStation VR2-ondersteuning? Ik heb er zelf geen thuis liggen, en deze Showcase herinnerde mij eraan waarom. Beat Saber is natuurlijk leuk, maar is al op tien andere vr-headsets speelbaar. Resident Evil 4 Remake in vr is tof, dat geef ik toe. Maar ik zag verder geen echt grote namen, een Half-Life Alyx om de verkoop aan te jagen of een toffe nieuwe game van Sony zelf. Ik kreeg spontaan flashbacks naar de Vita – blijkbaar is de vr-helm het nieuwe genegeerde kindje van papa PlayStation.
Nog stuitender vond ik het gebrek aan nieuwe games in het genre waar PlayStation het afgelopen decennia synoniem aan stond: filmische third-person spektakels. Uncharted, The Last of Us, Ghost of Tsushima, Days Gone, Horizon, God of War: dit soort games hebben het moderne PlayStation-merk gedefinieerd en groter dan ooit gemaakt. Ik hoef helemaal geen vervolgen op deze spellen – de laatste twee hebben al vervolgen gekregen op PlayStation 5 – maar ik had op z’n minst één of twee nieuwe gezichten tijdens deze Showcase verwacht die zich in dit illustere rijtje hadden kunnen nestelen. Of die games zijn nog niet klaar om getoond te worden, of ze zijn helemaal niet in de maak – live-service zul je krijgen, take it or leave it.
Daarbij begin ik het gemis van Japan Studios steeds meer te voelen. Naast de gebruikelijke spellen konden we vaak rekenen op unieke of soms ronduit bizarre titels. Van LocoRoco tot Parapappa the Rapper en van Ico tot Ape Escape: Sony durfde lekker raar te zijn. Veel van de games van de inmiddels gesloten studio zullen vast niet de verkooplijsten in vuur en vlam hebben gezet, maar ze gaven de PlayStation-consoles wel een unieke identiteit. Godzijdank bestaat Team Asobi nog, en ik hoop dat deze geniale ontwikkelaars van Astro’s Playroom ons verderop deze generatie wegblazen met een uniek project.
Bedankt... Ubisoft?
Maar daar kopen we nu natuurlijk niets voor. Tijdens de Showcase maakten andere uitgevers de steken die Sony liet vallen deels goed. Assassin’s Creed Mirage zag er warempel sterk uit, Alan Wake 2 net zozeer. Indiegames als het psychedelisch ogende Ultros, het langverwachte The Talos Principle 2 en de spirituele Journey-opvolger Sword of the Sea prikkelden de fantasie, niet in de laatste plaats omdat de trailers daadwerkelijk gameplay toonden. Fanatiekelingen kunnen straks daarnaast helemaal los met Dragon’s Dogma 2 en hoewel ik eerst moet zien of Konami het niet compleet verpest, kan ik niet wachten op een moderne versie van Metal Gear Solid 3.
Wat third party-ondersteuning betreft heeft Sony zoals gezegd altijd vooraan gestaan en dat lijkt voorlopig niet te veranderen. Maar PlayStation is – zeker sinds de PlayStation 4 – vooral zo’n machtig merk vanwege de combinatie van al die multiplatformgames en de sterke singleplayeroutput van PlayStation Studios zelf. Ik wilde als PS5-eigenaar weggeblazen worden door die fabelachtige ‘tweede fase’ van de console; ik wilde tijdens de Showcase voorpret ervaren van al dat lekkers dat ik de komende jaren zou gaan spelen. Laat het alsjeblieft meer zijn dan cheat the rich, Sony, ik smeek het je.