Wanneer je als fabrikant een controller uitbrengt die het opneemt tegen controllers als een Xbox Elite Series 2, dan moet je van goeden huize komen. En hoewel de Nacon Revolution X aardige functies biedt, kan hij zich niet meten met z’n grootste concurrent.

De Nacon Revolution X laat geen positieve eerste indruk achter. Dat valt volledig te wijten aan het goedkoop ogende én voelende plastic omhulsel. De controller ligt bovendien niet lekker in de hand, omdat het design een onnatuurlijke houding vereist van de speler. De schouderknoppen zijn slecht bereikbaar zonder je complete handpalm te verplaatsen of je wijsvinger krampachtig naar boven te bewegen.

Ondertussen komt de duim van de speler niet in de buurt van de Y-knop, waardoor verplaatsing wederom vereist wordt. Ook de menuknoppen naast de (overigens lelijk vormgegeven) Xbox-knop in het midden, zijn slecht bereikbaar.

En dan hebben we het nog niet gehad over de vierpuntdruktoets. Die moet namelijk behoorlijk diep ingedrukt worden. En daardoor zit de speler al snel met zijn of haar duim tegen de rand van het plastic aan. Dergelijke dingen mag je niet tegenkomen op een controller met een adviesprijs van 109,99 euro. De reguliere controller van de Xbox (One- of Series-modellen) voelt veel waardevoller aan, ligt beter in de hand, heeft goed bereikbare knoppen en een veel fijnere d-pad.

©GMRimport

Pro-functies

Wat de reguliere Xbox-controllers niet hebben, zijn knoppen aan de achterkant. De Xbox Elite Series 2 heeft ruimte voor optionele peddeltjes waar je functies aan toewijst, maar de Nacon Revolution X heeft daar standaard vier knoppen zitten. De bovenste twee knoppen zijn bereikbaar met je middelvingers, terwijl de onderste twee knoppen ingedrukt worden met de ringvingers. Die knoppen bevinden zich in de handgrepen en vergen best wat vingerkracht voor het indrukken. Omdat de controller al moeizaam vasthoudt, voelt dat niet fijn tijdens het spelen.

Dat is best zonde, want het idee achter de Nacon Revolution X is prima. Het accessoire maakt voor (professionele) gamers wellicht een verschil ten opzichte van reguliere controllers. Zo kun je de afstand die de analoge knuppels bewegen inkorten dankzij het toevoegen van een verdikte rand om de steel van de pook. Ook is het mogelijk om de knuppels te verwisselen en gewichten toe te voegen.

Eén van de fijnste aspecten van de Elite Series 2 is het gewicht. De Revolution X komt daar echter niet bij in de buurt, al geeft Nacon je wel de optie tussen 10, 14 en 16 gram. Het verschil tussen de gewichten is echter amper merkbaar, waardoor ook dat aspect dus in waarde inlevert. Bovendien weegt een reguliere controller ongeveer evenveel.

©GMRimport

Gratis software

De Nacom Revolution X is te gebruiken met alle Xbox-consoles en Windows-computers. Koppel je hem aan een pc en heb je de juiste software geïnstalleerd (beschikbaar in de Microsoft Store), dan pas je binnen no-time allerlei zaken aan. Zo zijn de functies van de analoge knuppels en alle knoppen aanpasbaar. Je kunt bijvoorbeeld de actieknoppen omwisselen en elke andere knop toewijzen aan de knoppen achterop.

Ben je bijvoorbeeld Nintendo-consoles gewend? Dan wissel je met gemak de Y- en X-knoppen en de B- en A-knoppen om. De responscurve van de analoge knuppels zijn overigens ook via de software aan te passen. Je past daarmee de gevoeligheid aan, waardoor je die stick niet altijd helemaal hoeft weg te duwen of naar je toe hoeft te trekken.

En ondanks het feit dat de triggers geen hardwarebediening bevatten om het indrukken in te korten - en daarmee de tijd minimaliseert voor het activeren van de gekoppelde functie – is dat softwarematig wel mogelijk middels verschillende instellingen en profielen. Dat instellen is ook zo gebeurd, gelukkig, aangezien de software zeer overzichtelijk is.

Aangezien de Nacon Revolution X tevens een koptelefoonaansluiting aanbiedt, is het mogelijk een geluidsprofiel uit te kiezen. Gebruikers kunnen kiezen uit verschillende genres of de instellingen voor een partychat. De instellingen verschillen best van elkaar en bevallen niet altijd meteen, dus daarom is het fijn dat de equalizer handmatig bij te stellen is. Zo bepaal je dus zelf wat een optimale geluidsweergave is voor de game die je op dat moment speelt. Overige functies, zoals trillingen en de verlichting, zijn ook aanpasbaar via de software.

Wanneer je eenmaal iets aangepast hebt, dan wissel je met een druk op de profielknop achterop van instellingen. Die knop is goed voelbaar, waardoor het niet nodig is de controller om te draaien wanneer je een andere game speelt.

©GMRimport

Nacon Revolution X is te duur

De Nacon Revolution X wordt geleverd met een stevig hoesje, dat ruimte biedt voor de controller, de benodigde kabel, de verschillende onderdelen en een schoonmaakdoekje. Voor bijna 110 euro haal je dus een compleet pakket in huis, dat zich op het eerste gezicht moet kunnen meten met die Xbox Elite Series 2-controller.

Maar niets is minder waar. Tijdens het spelen weet de controller die eerste indruk niet van zich af te schudden, omdat goedkoop materiaal nou eenmaal zo aanvoelt: goedkoop. Daarnaast ligt de Revolution X gewoonweg niet lekker in de hand en zijn de knoppen moeilijk bereikbaar. En dat terwijl de software zeer fijn, overzichtelijk en uitgebreid is en het idee achter het inkorten van de weg die een analoge knuppel aflegt ontzettend fijn is. Maar onder aan de streep tilt het product an sich het gamen niet naar een hoger niveau.

Sega overweegt voor zijn games een abonnementsdienst vergelijkbaar met Xbox Game Pass en Netflix te lanceren.

Dat meldt coo en directeur Shuji Utsumi aan de BBC. Hij meldt daarbij dat hij dit soort abonnementsdiensten heel interessant vindt en dat er intern mogelijkheden worden verkend. Utsumi benadrukt echter dat hij er nog niet te diep op in te gaan. Het maakt in ieder geval onderdeel uit van een strategie van het bedrijf om weer een grote speler binnen de game-industrie te worden. Wat Utsumi betreft "moeten we nu niet verdedigend optreden, maar in de aanval gaan."

Sega bracht vroeger zelf consoles uit, maar na de Dreamcast ging het bedrijf third-party en komen de games van het Japanse bedrijf op alle platforms uit. Daarbij worden diverse Sega-games al via abonnementsdiensten van andere bedrijven aangeboden, zoals Game Pass en PlayStation Plus. Wel haalde het bedrijf eerder deze maand meer dan zestig klassieke games uit de verkoop van digitale winkels - het is niet duidelijk of dat gerelateerd is aan de strategie die het bedrijf hierboven bespreekt.

Glen Schofield, de bedenker van de Dead Space-reeks, stelde eerder dit jaar voor aan franchise-eigenaar Electronic Arts om Dead Space 4 te maken, maar daar had het bedrijf geen interesse in.

Waar Schofield de oorspronkelijke Dead Space uit 2008 regisseerde, waren Bret Robbins de creatieve regisseur en Christopher Stone de animatieregisseur. Het drietal laat in een interview met Dan Allen Gaming weten dat het graag aan een Dead Space 4 had gewerkt.

Volgens Schofield hadden alle drie de heren interesse in een vierde deel en werd er dit jaar zelfs met EA over gepraat, maar die schoten het idee af. "Ze zeiden nee, we hebben nu geen interesse maar we stellen het op prijs. We respecteerden hun mening - ze kennen hun cijfers en weten wat ze moeten verkopen enzo."

Stone voegde toe: "De industrie is op dit moment raar. Mensen aarzelen erg om kansen te nemen, dus je moet (een afwijzing) met een korrel zout nemen. Wie weet, misschien ooit op een dag. We zouden het graag doen."

De drie hoofddelen in de ruimtehorrorfranchise verschenen tussen 2008 en 2013. Daarna bleef het lange tijd stil rondom de reeks, tot vorig jaar een geprezen remake van de eerste game verscheen die werd ontwikkeld door EA Motive Studio. Afgelopen voorjaar bleek dat Motive, dat ook aan een Iron Man-game werkt, mee gaat helpen aan de Battlefield-reeks. Toen kwamen er ook geruchten naar buiten dat Motive zelf ideeën voor een vervolg op de remake had geopperd die door EA werden afgeschoten.