Nederlandse game-ontwikkelaars: 'Talent vertrekt naar buitenland'
De subsidies zouden niet aansluiten bij de wensen van ontwikkelaars
Volgens mensen werkzaam in de Nederlandse game-industrie vertrekt talent massaal naar het buitenland, omdat de overheid het nalaat deze industrie adequaat te ondersteunen.
Dat valt te lezen in een artikel van het Algemeen Dagblad, geschreven door Gamer.nl-redacteur Bastiaan Vroegop. Hij heeft met diverse mensen uit de Nederlandse game-industrie gepraat die tot deze conclusie komen. Daarbij lijkt het pijnpunt vooral te liggen bij het gebrek aan passende subsidies.
Zo meldt Martine Spaans, manager van branchevereniging Dutch Game Association: "Als je Nederland vergelijkt met landen om ons heen, dan lopen we heel erg achter. Duitsland heeft bijvoorbeeld een fonds van 70 miljoen euro. In Nederland bestaan alleen een paar kleine regelingen.”
Ook Koen Deetman van ontwikkelaar KeokeN - bekend van Deliver Us Mars - beaamt dit. "We kregen een subsidiebedrag van 15.000 euro, waar we in feite een paar maanden ons kantoor van hebben gehuurd. Daarna waren we jaren afhankelijk van ons eigen spaargeld. Uiteindelijk betaalden we eerst personeel voordat we zelf ooit salaris kregen. Dat was echt nodig."
De mensen die aan het woord gelaten worden menen dat dit niet per se door onwil komt, maar door een mismatch tussen het doel van de bestaande subsidies en wat Nederlandse gamebedrijven nodig hebben. De huidige subsidies zijn vooral bedoeld om nieuwe bedrijven te creëren, terwijl juist bestaande gamestudio's die middenin een langdurig ontwikkeltraject zitten het geld hard kunnen gebruiken.
Het resultaat is dat talent vaak naar het buitenland vertrekt om bij internationale gamestudio's aan de slag te gaan. Spaans: "We hebben in Nederland ontzettend goede opleidingen, die in Breda staat op nummer drie op de wereldwijde ranglijst. Maar we concurreren met landen om ons heen, die wegens hun gamefondsen een grotere groeisprint doormaken."
Het artikel eindigt met een positieve noot. Zo is de Dutch Game Association aan het lobbyen en worden er gesprekken gehouden met het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Onlangs kwam koningin Máxima op bezoek bij het Amsterdamse Guerrilla Games - volgens het artikel een teken dat de overheid de game-industrie serieuzer neemt. "Ik ben blij met de positieve beweging die we nu zien", aldus Spaans.