Tien jaar later: Waarom de PSP Go geen succes was
In 2009 bracht Sony het vierde model uit in de PlayStation Portable-lijn; de PSP Go. Het is direct te zien dat dit vierde model sterk verschilt ten opzichte van de vorige modellen en Sony een andere richting kiest voor zijn draagbare spelcomputer. De PSP Go wordt uiteindelijk, mede door tegenvallende verkopen, een model dat het bedrijf het liefst zo snel mogelijk vergeet en komt in de schaduw te staan van zijn voorgangers. Toch lijkt het systeem in eerste instantie bestemd voor een ander lot.
Tijdens E3 2009 presenteert Sony de PSP Go; de nieuwste draagbare
die 56 procent kleiner en 43 procent lichter is ten opzichte van de originele PSP. Het nieuwe systeem beschikt over een intern geheugen van 16 GB en richt zich volledig op de digitale distributie van games en andere media. Dit is terug te zien in het verwijderen van de ingang voor de Universal Media Disk (UMD), waardoor het spelen van fysieke games niet mogelijk is op de handheld.
De PSP Go heeft een compact, uitschuifbaar design en wordt ondersteund met bluetoothfunctionaliteit, dat opties biedt om het systeem draadloos te verbinden met verschillende apparaten, waaronder de PlayStation 3. Ook kan het geheugen van de PSP Go uitgebreid worden tot 32 GB met een M2-geheugenkaart en kan door middel van een meegeleverde cd verschillende media gemakkelijk op de PSP Go worden gezet via een pc of laptop.
©GMRimport
UMDon’t
Op papier lijkt de PSP Go op vele fronten grote verbeteringen te hebben aangebracht en lijkt het af te stevenen op een nieuw succes voor Sony. De draagbare console lanceert in oktober 2009 met een prijskaartje van ongeveer 250 euro in Nederland, terwijl het vorige PSP-model, de PSP-3000, nog wordt verkocht voor ongeveer 170 euro. Dit verschil in prijs lijkt voor Sony klein genoeg te zijn om fans aan te trekken tot het aanschaffen van de PSP Go, maar niet is minder waar. Al snel wordt via de verkoopcijfers duidelijk dat liefhebbers van de PSP het niet waard vinden om extra geld uit te geven voor een systeem die alleen digitale games ondersteunt.
Hoewel het niet hoeven meedragen van UMD’s erg handig lijkt, is het niet overtuigend genoeg voor eigenaren van andere PSP-systemen om over te stappen naar het digitale model. Spelers hechten kennelijk nog teveel waarde aan de fysieke games die tevens niet gebruikt kunnen worden voor de Go. Hiermee blijft er een kleine doelgroep over dat het systeem aanschaft voor het verzamelaspect of nog niet eerder in het bezit is geweest van een PSP-systeem. De PSP Go wordt simpelweg als te duur beschouwd voor de functies die het biedt ten opzichte van vorige modellen.
In de korte levensduur van de PSP Go waren liefhebbers van draagbare spelcomputers nog niet klaar voor uitsluitend digitale games
-
Retailboycot
Met de focus op het verkopen van uitsluitend digitale producten doet Sony een poging om een stap in het distributiekanaal over te slaan; de retailers. Ondanks het blijven ondersteunen van de UMD’s voor oudere PSP-systemen, worden retailers sterk benadeeld met de PSP Go, aangezien er geen omzet te genereren valt met games op het nieuwe systeem. Onder andere Nedgame besluit in 2009 dan ook om uit protest de PSP Go niet in Nederland te verkopen en Sony te boycotten.
Naast het mogelijk mislopen van omzet is het voor retailers moeilijk om de PSP Go te verkopen door zijn relatief hoge prijs. Gezien het systeem volledig leunt op digitale games is er geen mogelijkheid voor retailers om de spelcomputer te verkopen in bundels. Het digitale aspect van de PSP Go mag dan wel een vernieuwende functie zijn geweest, maar dat kon zich dit niet uiten in de verkoopcijfers.
©GMRimport
No-Go
Naast de kritiek op de ontbrekende UMD-drive, het beperkte digitale aanbod van games en de forse prijs, lijkt Sony benadeeld te worden door de opkomst van smartphones als meest gebruikte apparaat voor portable gaming. Deze groei, gecombineerd met tegenvallende verkopen, zet Sony aan om in 2010 een bundel uit te brengen voor de PSP Go waarbij kopers tien gratis games krijgen, waaronder Assassin’s Creed: Bloodlines, Grand Theft Auto: Vice City Stories en MotorStorm Arctic Edge. Deze bundels leveren echter niet veel op en Sony besluit om in april 2011, nog geen twee jaar na lancering, met de productie van het systeem te stoppen. Met deze beslissing zegt Sony zich te willen focussen op toekomstige PSP-systemen en de PlayStation Vita.
In de korte levensduur van de PSP Go waren liefhebbers van draagbare spelcomputers nog niet klaar voor uitsluitend digitale games, iets waar tegenwoordig heel anders over gedacht wordt. De PSP Go was zijn tijd dus ver vooruit, maar Sony luisterde tegelijkertijd niet goed genoeg naar de wensen en behoeften van zijn fans. Sony koos er dan ook voor om terug te grijpen naar een UMD-drive en verlaagt de prijs drastisch van het laatste PSP-model, de PSP Street. De PSP Go stierf uiteindelijk een stille dood als het vergeten deel van het verder zo sterke PSP-tijdperk.