De ROG Ally X groeit door met scherpe verbeteringen
Reviews

De ROG Ally X groeit door met scherpe verbeteringen

Maar ‘de beste Windows-handheld’ komt nog altijd met valkuilen

Vorig jaar bewees de ROG Ally zich als een prima alternatief voor de Steam Deck. Asus’ Windows-handheld bleek krachtiger en veelzijdiger, maar leverde in op gebruiksgemak en invoer. Inmiddels zijn we een jaar verder en herziet Asus zijn eerste handheld met een luxe evolutie. We kijken naar de verbeteringen van de ROG Ally X en waar deze machine zich plaatst binnen de hedendaagse handheldmarkt.

Laat het duidelijk zijn: we hebben het hier niet over een tweede generatie ROG Ally. De ROG Ally X is eerder een soort pro-uitvoering van het origineel. In de basis is het dezelfde handheld op dezelfde chipset, maar de vorm is aangescherpt en selecte componenten zijn vervangen met nieuwere of grotere alternatieven. De ruwe rekenkracht en specificaties van het ingebouwde lcd-scherm zijn echter zo goed als onveranderd gebleven.

De verbeterde ROG Ally X kent vanzelfsprekend ook een hogere vraagprijs dan de eerder verschenen Ally’s. Met 899 euro is de ROG Ally X dik tweehonderd euro duurder dan de (oorspronkelijke adviesprijs van de) ROG Ally en wederom een tik prijziger dan de meest luxe Steam Deck Oled. Zelfs de grotere en ietwat onpraktische Lenovo Legion Go wist de adviesprijs honderd euro lager in te zetten.

De ROG Ally X is dus niet goedkoop, maar daar valt wat voor te zeggen. Onderaan de streep heeft Asus namelijk een sterke case om de titel van ‘beste Windows-handheld’ te claimen. Niet langer concurreert de Ally direct (of enkel) met de Steam Deck; Asus lijkt gaandeweg hét platform voor mobiel gamen met Windows aan te willen bieden.

Vorm en invoer verbeterd

Hoe maakt Asus de ROG Ally X dan precies beter in dat opzicht? Met een goede ronde feedbackverwerking, zo blijkt. Het is vrij bizar om als criticus van de eerste ROG Ally voor het eerst een ROG Ally X op te pakken. Al snel wordt duidelijk dat Asus echt geluisterd heeft naar de reviews en gebruikersgemeenschap. Veel van de vaker genoemde kritiek lag dan ook bij de vorm en aanwezige invoer op de Ally. De Ally X lijkt daarin vrijwel elk pijnpuntje gladgestreken te hebben. Dat verschil voel je direct.

Doelgerichte aanpassingen aan het chassis maken het dat de Ally X vele malen fijner in de hand ligt. Ook al is de Ally X een tik dikker en een kleine 70 gram zwaarder: de subtiel gebolde grepen vallen lekkerder in de palm. De handheld voelt daardoor beter in balans, waardoor langdurig gebruik ook minder (snel) krampachtig voelt.

Naast de algehele vorm is er dus ook veel gesleuteld aan de invoer, waar evenals veel over te miepen viel. De ABXY-knoppen en zeker de vierpuntsdruktoets van de originele Ally voelden wat zompig, waar die van de Ally X duidelijker zijn vormgegeven en daadkrachtiger indrukken. De trekkers en vooral de joysticks, voorheen bijna overdreven licht, voelen stugger en gemakkelijker in de besturing. Het voelt allemaal meer in lijn met bijvoorbeeld een Xbox-controller, in plaats van een versleten Mad Catz. Smaken kunnen verschillen, maar vrijwel alle knoppen, trekkers en pookjes van de Ally X zijn gewoonweg beter of fijner afgewerkt.

De twee extra macrotoetsen op de rug zijn bovendien aanzienlijk gekrompen. De ‘flippers’ aan de knop zijn kleiner en het indrukken vergt een fermere klik, die ook minder goedkoop klinkt. Per ongeluk een M-toets activeren lijkt hier geen factor meer. Spelers kunnen precies één vingertop op de knop rusten of er gemakkelijk omheen grijpen. Bij de originele Ally was het bijna onmogelijk om niet standaard op de rugtoetsen te leunen of steunen, soms met ongewenste input tot gevolg.

Ook ongeziene invoer heeft meer aandacht gekregen met de komst van de Ally X. De originele Ally kwam al met een gyroscopische sensor, maar die bleek stomweg nergens aanpasbaar of inzetbaar. Middels een update naar Armoury Crate SE 1.5, het vernieuwde besturingsprogramma, is ook dat soort invoer nu gemakkelijk in te zetten. Uiteraard geldt dat nu ook voor de originele Ally.

De software, waarover later meer, laat spelers nu ook invoerprofielen aan specifieke spellen en applicaties koppelen. Profielen zijn ook te exporteren en onderling te delen, met de komst van een eigen gebruikershub (à la Valve) nog aan de horizon. Dat soort gebruiksgemak was, zeker in vergelijking met de daarin gemakkelijkere Steam Deck, een behoorlijk gemis in de Ally-ervaring van vorig jaar.

Het moge duidelijk zijn: op het gebied van controllerinvoer staat Asus er een jaar later veel sterker voor. Er is duidelijk geluisterd naar de feedback en er zijn behoorlijke, doelgerichte sprongen vooruit gemaakt. Voor al die doorgroei, zij het de fysieke of digitale, verdient de Ally X zonder twijfel lof.

Meer uitbreidbaarheid

Over invoer gesproken: Asus hakt met de Ally X ook een knoop door betreffende uitbreidbaarheid. De merkeigen XGm-poort — enkel gebruikt door een kleine greep van Asus’ eigen externe gpu’s — is gestript, met in ruil daarvoor de komst van een tweede usb-c-connector. Deze secundaire poort maakt het makkelijker om (zonder dure docks of adapters) de handheld gelijktijdig op te laden en naar wens uit te breiden.

Beide poorten ondersteunen stroominvoer en verschillende vormen van beelduitvoer, waaronder native DisplayPort. De rechterpoort is daarnaast ook compatibel met Thunderbolt 4, voor alsnog voldoende uitbreidmogelijkheden met luxe docks of snellere data-doorvoer. Dergelijke uitbreidbaarheid zullen power users in dank afnemen, waarschijnlijk veel meer dan de inclusie van Asus’ eigen omslachtige poort voor externe videokaarten.

Zo’n tweede usb-c-poort is overigens niet ongekend. We zagen ze ook al opduiken bij Lenovo, alsmede een telg kleinere handheldfabrikanten. Broodnodig is de extra poort niet per se, maar meer gemak en mogelijkheden in uitbreiding is zonder twijfel een pre. Zeker met het oog op de bredere inzetbaarheid van Windows-handhelds doet de ROG Ally X weer niet onder aan de concurrentie.

Dezelfde chip, niet (precies) dezelfde hardware

Onder de motorkap huist de ROG Ally X zoals gezegd grofweg dezelfde rekenkracht, maar niet zonder de nodige upgrades. Zo draait het LPDDR5-geheugen nu op een snellere 7.500 MT/s en is uitgebreid tot 24 GB, voorheen 16 GB op 6.400 MT/s. Dat maakt de Ally X niet zo zeer krachtiger of sneller in games, maar wel net een slag responsiever met (meerdere) taken.

De ROG Ally X wordt, enigszins vanzelfsprekend, standaard geleverd met een ssd van 1 TB. Dat blijft weliswaar een PCIe 4.0-model, maar in onze tests presteert de meegeleverde ssd (een Western Digital SN560, om precies te zijn) tot circa 15 procent beter dan zijn directe voorganger. Net als met het geheugen zijn dit soort upgrades geen gamechangers, maar het is mooi om te zien dat Asus pakt wat het pakken kan als het aankomt op hardware-technische groei.

Verdubbel de accugrootte

Printplaatjes daargelaten, valt of staat een mobiele gamehandheld voor velen toch bij het accurendement. En jawel, dat is waarschijnlijk nog wel de grootste pijler voor de ROG Ally X. De eerdergenoemde verdikking en verzwaring is niet voor niets: de batterij in de Ally X is flink aangesterkt. Met maar liefst 80 wattuur aan lading is de accu dubbel zo groot als die van de Ally (en de originele Steam Deck) en nog eens 30 wattuur groter dan die van de Steam Deck Oled.

Watch on YouTube

Ook hier vaagt Asus wederom een hekelpunt van de originele Ally weg. Op papier bevatten de Ally’s dubbel de pracht en praal van een Steam Deck, maar op (voorheen) dezelfde acculading loopt zo’n apparaat praktisch dubbel zo snel leeg. Dat drukt de pret nogal. Óf de krachtigere handheld moet hevig aan banden gelegd worden, óf je hebt maar een krap uurtje plezier van al die rekenkracht. De Ally X, met stomweg tweevoud de acculading, doet daar niet zo moeilijk over.

Dat zorgt ervoor dat je de ROG Ally X nu ook een poosje op vol vermogen kunt benutten. Op volle toeren gamen in 1080p, met het 120 hertz scherm op volle helderheid? Dat trekt de Ally X makkelijk twee uur, in plaats van een krap uurtje. Laat je de Ally X iets rustiger opereren, bijvoorbeeld op maximaal 60 hertz, met meer slimme upscaling of gewoon in minder zware spellen, dan kun je gemakkelijk op vier tot acht uur aan draadloze speelduur rekenen.

Series kijken? Dat doet de Ally X tot ruim veertien uur (op 250 nits, de halve schermhelderheid), tegenover de zeven uur van de Ally. Die verdubbelde acculading kent eigenlijk geen nadelen. Het staat gewoon tot meer puf, wat voor taken of spellen je er ook tegenaan gooit. En wat betreft accugrootte is de ROG Ally X verreweg de grootste jongen op het speelveld.

Helaas weer geen oled

Toch slaagt Asus er niet in om alle minpunten van de ROG Ally aan te pakken. Zo is het 7 inch grote touchscherm onveranderd gebleven. Het lcd van de originele Ally was weliswaar tweemaal zo scherp en vloeiend als dat van de originele Steam Deck, maar Valve herpakte zich kort daarna met de Steam Deck Oled — en dat blijft nu vooralsnog het betere display voor mobiele games.

Mocht je nog niet bekend zijn met oled: de beeldtechniek heeft vollere en diepere kleurtinten, is overtuigender in hdr-weergave, opereert doorgaans zuiniger dan lcd-panelen en oled-pixels reageren inherent vele malen responsiever. Zeker voor mobiele pc-games heeft Valve gewoon een killer beeldscherm op de markt gezet, terwijl Asus vastklampt aan wat nu een twijfelgevalletje genoemd zou kunnen worden.

Natuurlijk, de ROG Ally X heeft wederom 1080p-scherpte op 120 hertz als stokpaardje, maar met gemiddeld 7 milliseconden responstijd voelt het allemaal toch wat minder snappy. In sRGB-weergave is Asus’ lcd-scherm nog altijd bovengemiddeld goed gekalibreerd, maar de kleurweergave verbleekt alsnog in vergelijking met het eerste de beste beetje oled. Zeker met de fikse prijsverhoging had het Asus gesierd om ook hier een inhaalslag te maken en gewoon over te stappen op oled.

Windows-geklungel keert terug

Dan blijft dat ándere grote hekelpunt nog over: Windows, wat ook hier weer als het besturingssysteem dient. Dit hebben we al uitgebreid ontleed in de review van de originele ROG Ally, maar het Microsoft-mes snijdt ook hier weer aan twee kanten. Het hele speerpunt van de ROG Ally ís juist Windows, omdat het pc-gamers in staat stelt ’al hun games te spelen’, waar de populaire Steam Deck zich grotendeels beperkt tot SteamOS (een Linux-shell) en daarvoor geoptimaliseerde Steam-spellen.

Als Windows-machine doet de ROG Ally X wederom niet moeilijk over de Epic Games Store, Xbox Game Pass of obscure .exe-bestanden. Dat is vanzelfsprekend een pre, maar ook het nadelige aspect van Windows keert terug: dit OS is helemaal niet gemaakt voor dit soort machines. Windows slurpt meer stroom met irrelevante randtaken (lees: Teams up-to-date houden en AI-assistenten aansmeren) en de complete interface is nog altijd niet gemaakt om bediend te worden met kleine touchschermen, laat staan controllerinvoer.

Asus omzeilt het gros van de moeilijke Windows-menuutjes en instellingen met de Armoury Crate SE, die op zijn eigen beurt flink doorgegroeid is. De software dient als een centrale hub om games op te starten en kan middels snelmenu’s allerlei aanpassingen (denk aan stroombeperking of schermverversing) versimpelen.

Een jaar aan quality of life-updates later werkt die software een slag intuïtiever, maar alsnog zal de gemiddelde gamer vaak met Windows moeten worstelen om de ROG Ally X volledig naar eigen hand te zetten. Updates uitvoeren, taken afsluiten, rechten verlenen en een kluit ongevraagde Office-programma’s verwijderen: het voelt moeizaam en omslachtig, waarmee het gebruiksgemak en het consolegehalte van de ROG Ally (X) weer inzakt.

Is dat Asus’ schuld? Niet geheel: de Armoury Crate komt een heel eind, maar het kan niet heel Windows vervangen. Ergens hadden we gehoopt dat Microsoft fabrikanten tegemoet zou komen en die eerder geopperde handheldversie voor Windows eens af zou leveren. Stel je voor: een Windows zonder onnodige bloatware, een focus op gamerendement en controller-georiënteerde interfaces. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn.

Voor nu heeft Asus een gedegen draagbare pc neergezet, maar het blijft uiteindelijk toch Microsoft die dit soort systemen inperkt en minder verleidelijk maakt. Mocht Microsoft serieus zijn over zo’n alternatieve versie van hun besturingssysteem, dan is de ROG Ally X mogelijk wel dé machine om dat nieuwe platform te dragen. Zelfs al heeft de ROG Ally X geen oled; deze Windows-handheld voelt in ieder geval gedegen, is makkelijker uit te breiden en gaat veel langer mee dan veel van zijn (directe) concurrenten.

Uitstekend
Conclusie

De ROG Ally X is geen ‘vervolg’ op de voorganger, maar wel een schoolvoorbeeld van doelgerichte verbetering. Veel van de pijnpunten op de originele Ally worden getackeld met de Ally X. Denk aan betere controllerinvoer, ergonomie en verdere optimalisatie, maar hoofdzakelijk toch de verdubbeling van de accugrootte. Met al die doorgroei mag de ROG Ally X zich gerust een van de beste Windows-handhelds van het moment noemen. Nu is het enkel nog aan Microsoft om op de proppen te komen met die handheldversie van Windows, om de potentie van dit soort apparaten écht goed te benutten.

Plus- en minpunten
  • Verbeterde ergonomie en invoer
  • Dubbel de accu
  • Tweede usb-c-connector
  • Technische en digitale doorgroei
  • Wederom geen oled-scherm
  • … zelfs niet na de prijsverhoging
  • Windows is en blijft klungelig

Asus ROG Ally X (2024) - Technische specificaties

Besturingssysteem   Windows 11 Home

APU                            AMD Ryzen Z1 Extreme Zen

CPU                            8 kernen / 16 threads Zen 4 (3,3 tot 5,1 GHz, 24 MB cache)

GPU                            2 werkgroepen RDNA 3 (tot 2,7 GHz)

Verbruik chipset        9 tot 30 watt (max. 25 watt zonder netstroom)

Geheugen                  24 GB LPDDR5 (7.500 MT/s)

Opslag                        1 TB NVMe SSD (PCIe 4.0 x4), M.2-2230

Scherm                       7″ lcd-touchpaneel, 7 ms responstijd (GtG)

Resolutie                    1920 bij 1080 pixels (full hd)

Beeldverversing       max. 120 Hertz (vrr)

Schermhelderheid     max. 500 nits

Controller-invoer       Xbox-standaard + 2 programmeerbare rugtoetsen

Additionele invoer    6-assige gyroscoop (IMU)

Accu                           80 WHr lithium-ion

Voeding                      65 watt usb-c

Luidsprekers             Smart AMP stereo speakers
Microfoon                   Array-microfoon (noise-cancelling)

Poorten                      3,5 mm audio-combo, 2x usb-c (20 Gbps / Thunderbolt 4)

Draadloos                  Bluetooth 5.2, Wi-Fi 6E (802.11ax)
Beveiliging                 Windows Hello-vingerafdrukscanner, Microsoft Pluton-chip

Optionele opslag       Uitbreidbaar met microSD-kaart (UHS-II)

Gewicht                      608 gram

Afmetingen                280 x 111 x 21,2 millimeter (breedte x diepte x hoogte)

Inbegrepen                 usb-c-stroomadapter

Watch on YouTube

Aanbevolen voor jou

Reacties

Login of maak een account en praat mee!
▼ Volgende artikel
NetEase zou van plan zijn diverse studio's buiten China te sluiten
Nieuws

NetEase zou van plan zijn diverse studio's buiten China te sluiten

Amerikaanse Marvel Rivals-ontwikkelaar al ontslagen, deel van Liquid Swords ook

Het uit China afkomstige NetEase - onder andere bekend van Marvel Rivals - zou van plan zijn om meer dan twaalf ontwikkelstudio's te sluiten.

Dat blijkt uit een reportage op Game File, de betrouwbare nieuwsbrief van gamejournalist Stephen Totilo. Eerder deze week werd de Amerikaanse tak van NetEase dat meehielp aan de ontwikkeling van Marvel Rivals al ontslagen. Daarnaast vielen er ontslagen bij het door NetEase gefinancierde Liquid Swords, de nieuwe studio van een van de oprichters van de Just Cause-ontwikkelaar.

Dit zou volgens Totilo nog maar het topje van de ijsberg zijn. Hij claimt dat meer dan een dozijn studio's mogelijk worden gesloten of verkocht, en dan met name de studio's van het bedrijf die buiten China gevestigd zijn. Dit zou een bewuste strategie zijn van het bedrijf om minder focus op deze teams buiten zijn thuisland te creëren.

NetEase is een van de grootste gamebedrijven ter wereld. NetEase heeft de afgelopen jaren samen met gerenommeerde ontwikkelaars overal ter wereld nieuwe gamestudio's opgericht, en het lijkt er dus op dat sommige van deze studio's nu dreigen gesloten of verkocht te worden.

Zo heeft NetEase geïnvesteerd in Rebel Wolves, een studio bestaande uit voormalige ontwikkelaars van CD Projekt Red waar men aan Blood of Dawnwalker werkt. Met Dragon Quest-Ryutaro Ichimura werd PinCool opgericht, het bedrijf kocht Heavy Rain- en Detroit: Become Human-studio Quantic Dream, Like a Dragon-bedenker Toshihiro Nagoshi opende met NetEase Nagoshi Studio en No More Heroes-ontwikkelaar Grasshopper Manufacture werd gekocht. Het is maar een kleine greep in de investeringen en aankopen die het Chinese bedrijf de afgelopen jaren heeft gedaan.

Ondanks de geruchten onthulde NetEase deze week recordcijfers voor het afgelopen kwartaal. Er werd een stijging van 1,5 procent aan omzet op het gebied van games en services waargemaakt ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Die omzet stond het afgelopen kwartaal op 2,9 miljard dollar. Marvel Rivals heeft inmiddels 40 miljoen spelers.

Overigens claimt Bloomberg in een artikel over NetEase-CEO William Ding dat hij overwoog Marvel Rivals te annuleren voor release. Ding zou het niet hebben zien zitten om Disney te betalen voor de rechten op Marvel-personages. Ook werd besproken of het mogelijk was om de superhelden voor zelfbedachte personages te vervangen. NetEase zelf ontkent deze claims en claimt sinds 2017 een nauwe samenwerking met Marvel te hebben.

Aanbevolen voor jou

Reacties

Login of maak een account en praat mee!
▼ Volgende artikel
Nieuwe regisseur voor aankomende Street Fighter-film gevonden
Nieuws

Nieuwe regisseur voor aankomende Street Fighter-film gevonden

De première staat gepland op 20 maart 2026

De live-action Street Fighter-film die eerder al werd aangekondigd heeft een nieuwe regisseur, namelijk Kitao Sakurai.

Dat meldt The Hollywood Reporter. Sakurai is vooral bekend van de in 2021 verschenen Netflix-film Bad Trip met komediant Eric André in de hoofdrol. Sakurai regisseerde ook The Eric André Show. Verder heeft hij enkele afleveringen van de Twisted Metal-televisieserie geregisseerd.

Hij neemt het stokje over van Danny en Michael Philippou, twee broers uit Australië die afgelopen jaar de film niet meer bleken te kunnen regisseren vanwege een mismatch in planning.

Concrete details over de live-action film zijn er nog niet. Wel zou de eerder aangekondigde premièredatum van 20 maart 2026 nog haalbaar zijn. Capcom, de ontwikkelaar en uitgever van de gamereeks, is wel betrokken bij de verfilming.

Er zijn al vaker (animatie)films gebaseerd op Street Fighter uitgekomen. Een van de bekendere voorbeelden is de in 1994 verschenen gelijknamige film met Jean-Claude van Damme als Guile en wijlen Raúl Juliá als M. Bison. In 2009 verscheen Street Fighter: The Legend of Chun-Li, met Kristin Kreuk als Chun-Li.

De meest recente game in de fighterreeks is Street Fighter 6, dat beschikbaar is op PlayStation 5, PlayStation 4, Xbox Series X en S en pc. Tom Kerkhof beloonde de game met een 9: "Door de gelikte presentatie, inventieve besturing en de uitgebreidste singleplayer-ervaring die de franchise ooit heeft gehad, is Street Fighter 6 toegankelijker dan ooit. Het spel oogt geweldig en speelt zelfs nog beter. Dit is zonder twijfel een van de leukste vechtspellen van de afgelopen tijd – en daarmee ook een van de beste delen uit de reeks."

Aanbevolen voor jou

Reacties

Login of maak een account en praat mee!