No Man’s Sky is niet het feestje in een gigantisch universum waarin je lekker los gaat en een ruimte-imperium opbouwt. Dit is niet de game waarin je met je vrienden op pad gaat om buitenaardse wezens het leven zuur te maken. Dit is niet de game waarin je alles kunt doen wat je maar wilt. Dit is geen game die eeuwig leuk blijft.
Je kunt het No Man's Sky niet kwalijk nemen dat het al die dingen niet is, het wil dat ook helemaal niet zijn. Het is een rustige, bijna serene singleplayer verkensimulatie met lichte survival- en craftingmechanieken om je een beetje bezig te houden. Het is een technologisch wonder, een zandbak waarin je je eigen plezier moet zien te vinden. Deze game is niet bedoeld voor mensen die reddit-threads en guides afspeuren naar de beste manier om zo snel mogelijk het universum door te warpen. Je hebt de meeste lol als je gewoon maar wat aanklooit en dan maar ziet waar dat je brengt.
Craftwerk
Het begint in ieder geval op een van de 18 triljoen unieke planeten, naast het wrak van je neergestorte ruimteschip. Hier leer je de basis van de game, het verzamelen van resources om nieuwe dingen te maken. Je hebt ijzer nodig om je schip te repareren en koolstof om je ruimtepak aan de praat te houden. Oh ja, ook nog plutonium om op te kunnen stijgen en thaumium9 om wat sneller te kunnen vliegen. Later vind je blauwdrukken voor upgrades voor je pak, je wapen of je schip, die allemaal hun eigen ingrediënten hebben. Soms moet je even zoeken naar een zeldzaam mineraal of gaan winkelen in een ruimtestation.
Het belangrijkste dat je in het begin leert is echter het omgaan met je beperkte opslagruimte. Natuurlijk wil je zoveel mogelijk goud meenemen als je een keer een mijn tegen het lijf loopt, maar je exosuit en je schip hebben maar een beperkt aantal plaatsen. In het begin heb je eigenlijk alleen ruimte voor de basismineralen die je nodig hebt om te overleven. Daar komt nog bij dat de upgrades die je kunt craften een plekje in je inventory in beslag nemen. Je moet dus constant het voordeel van een beter wapen of een sneller schip afwegen tegen de extra laadruimte die je zo verspeelt. Gelukkig kun je extra plekjes verdienen door je suit te upgraden bij gecrashte spacepods die je op planeten kunt vinden, of kun je een flinke som geld op tafel leggen om een nieuw schip op de kop te tikken in een spacestation.
Om dat geld te verdienen moet je wel zoeken naar waardevolle voorwerpen en mineralen. Het is een uitdaging om dat voor jezelf intere ant te houden, zoals dat eigenlijk voor het hele craftsysteem geldt. Zodra je een hyperdrive bouwt waarmee je naar nieuwe sterrenstelsels kunt warpen, besef je je in wat voor grind je terecht bent gekomen. Om je hyperdrive te kunnen gebruiken heb je warp cells nodig, die je craft met behulp van antimatter, waarvoor je weer een electron vapor moet maken, waar suspension fluid voor nodig is, die je eerst moet kopen of waar je zelf het recept voor moet vinden. Het is een oneindige loop waarin je steeds op zoek moet naar dezelfde materialen om hetzelfde doel te bereiken, namelijk verder reizen naar een nieuw sterrenstelsel. Aldaar zoek je weer naar dezelfde dingen.
Laat het los
Al gauw kom je erachter dat je het grinden het beste kunt vergeten en gewoon op ontdekkingstocht moet gaan. Ja, je doel is om het centrum van het universum te bereiken, en/of om de geheimen van de mysterieuze entiteit Atlas te ontrafelen. Maar wie alleen achter die waypoints aanreist zal snel opbranden, omdat de gameplayloop in de basis niet leuk genoeg is om die reis intere ant te houden. Wie toch op zijn tandvlees doorbikkelt in de jacht naar deze doelen ontdekt al snel dat ze allemaal de moeite niet waard zijn. De verhaallijnen, voor zover je daar van mag spreken, zijn extreem onderontwikkeld en bijna beledigend in hun uitvoering. Als je deze game op het oog hebt om een episch verhaal in de ruimte mee te maken, kun je hem beter in de schappen laten liggen.
Je hebt veel meer plezier als je gewoon je schip op een leuk ogende planeet parkeert en er op uitgaat. Het is werkelijk wonderbaarlijk wat het algoritme van het kleine team van Hello Games allemaal tevoorschijn weet te toveren. Het is altijd een verra ing wat voor planeet je als volgende tegen gaat komen, ook al zijn de grenzen van de superformule soms pijnlijk zichtbaar. Volgens je scanner is de ene reuzepaddenstoel toch echt anders dan de vorige, maar met het naakte oog kun je het verschil niet zien. Ook de thema's in de planeten komen vaker terug: een rode zandplaneet, een groene jungle, een paarse atmosfeer. En toch komen we zelfs na 40 uur spelen nog regelmatig verra ingen tegen die ons weer een kick geven. Of het nou een planeet is met zwevende eilanden, een gigantische ondergrondse grot of een onderwaterrijk vol schatten, de game blijft ons verbazen.
We kunnen bovendien maar niet wennen aan het fantastische gevoel van schaal in No Man's Sky. Planeten voelen daadwerkelijk zo groot als planeten. Als je opstijgt, de ruimte invliegt, en dan toch even achter je kijkt, zie je hoe immens de aardbol is die je achter je laat. Het besef dat er om je heen nog een aantal van die planeten zijn, en daaromheen een gevuld sterrenstelsel, maakt dat je je bijzonder klein voelt.
No Man's Saai
Het algoritme waar de game op is gebaseerd is dus een technisch hoogstandje. Het is alleen jammer dat die niet in een betere game is verwerkt. De gameplay van No Man's Sky is een bijeenraapsel van jammerlijk halfbakken ideeën. Neem bijvoorbeeld het schieten. Als je te veel aantast op een planeet komen de sentinels op je af, een soort robotwachters die over de vrede van het universum waken. De vliegende bolletjes zijn echter zo makkelijk te verpulveren, dat er al snel geen lol meer aan is. Als je eenmaal een keer raak hebt geschoten blijft de agre ieve auto-aim vanzelf aan je vijand kleven, waardoor je nauwelijks meer kunt mi en. Ook de vuurgevechten in de ruimte zijn het benoemen niet waard. De dogfights mi en een gevoel van spanning, doordat je extreem beperkt bent in je opties. Veel meer dan schieten en wegvliegen kun je niet, en van tactische gevechten kan dus geen sprake zijn.
Naast het eerdergenoemde tegenvallende craftingsysteem is bovendien ook het survival-aspect geen hoogvlieger. Om te overleven heb je bepaalde stoffen als koolstof nodig, maar die zijn in zulke grote mate te vinden dat elke uitdaging ontbreekt. Zelfs als je met je ogen dicht een willekeurige richting op schiet, heb je nog grote kans dat je de resources krijgt die je nodig hebt om je life support aan de praat te houden.
Hoe groot en indrukwekkend het universum ook is, het voelt nooit als een levend geheel. Overal om je heen zie je wel andere schepen vliegen, maar je krijgt nooit het idee dat die echt een doel of een eigen leven hebben. Ze vliegen rond om de ruimte een beetje op te leuken, niet omdat ze daadwerkelijk een handelsroute of iets dergelijks afwerken. Je bent helemaal alleen in een universum vol inwi elbare aliens in steeds exact dezelfde ruimtestations, en je acties lijken nooit een gevolg te hebben. Maak je op de ene planeet de sentinels boos, op de volgende zijn ze het alweer vergeten. Je bouwt geen reputatie op en kunt nooit je stempel op de wereld drukken.
Pigs in space!
Op een gegeven moment gaat het je zelfs vervelen om al die sterrenstelsels en planeten een eigen naam te geven. In het begin is het nog leuk om je planeet Gamer.nl-podcast te noemen en het lelijkste ruimtevarken dat je kunt vinden Ron Vorstermans, in de hoop dat iemand dit ooit gaat zien. Maar als je je beseft hoe groot dit universum is, en hoe klein de kans is dat iemand anders VarkensRon ooit gaat ontdekken, zakt de moed je in de schoenen.
De grootste zonde van de game is echter het gebrek aan variatie op de verschillende planeten. Hoe anders de planeet vol eilandjes ook is dan de giftige maan vol dinosauru en, uiteindelijk kom je steeds dezelfde gebouwtjes tegen. Er zijn verlaten outposts waar je nieuwe technologie vindt, handelsposten waar je met aliens kunt praten, neergestorte schepen die je op kunt lappen, en ga zo maar door. Met 18 triljoen unieke planeten hadden we niet verwacht dat we op elke planeet hetzelfde trucje zouden doen.
No Man's Sky is kort gezegd een game met veel minpunten. We hebben de talrijke bugs die de game met enige regelmaat laten crashen nog niet eens benoemd. En toch blijven we na tientallen uren nog steeds doorspelen. We krijgen nog steeds een stoot dopamine als we een ingewikkelde upgrade met zeldzame mineralen weten te craften, of een nieuw schip met net een inventory slot meer kopen. En bovenal blijven we op ons eigen tempo ontdekken. Zelfs als je denkt dat je op de zoveelste rode woestijnplaneet rondloopt, kun je toch iets unieks meemaken. Het blijft indrukwekkend om een berg te beklimmen en beneden ineens een oase ziet met prachtige dinosauru en. Die momenten krijg je niet als je zo efficiënt mogelijk probeert te spelen en op een planeet alleen van het ene naar het andere gebouwtje vliegt. Alleen als je de tijd neemt om te verdwalen en doelloos te verkennen, vind je wat deze game te bieden heeft. Het is jammer dat je voor die overweldigende momenten een verder middelmatige game moet tolereren.
No Man's Sky is nu beschikbaar voor pc en PlayStation 4.