Je zou kunnen stellen dat ik de dlc voor Elden Ring heb uitgespeeld, maar klaar ben ik allerminst. Er staan nog een paar grote bazen en een heel nieuw gebied op me te wachten. En dat is enkel waar ik weet van heb. St. Trina mag weten wat ik allemaal nog niet weet. Met al bijna vijftig uur op de teller is één ding duidelijk: dit is zoveel meer dan slechts ‘dlc’.
Toch is de uitbreiding niet per se ‘meer’ Elden Ring. In letterlijke zin natuurlijk wel, want het voegt allerlei nieuwe gebieden, wapens, spreuken, uitrusting, personages, kerkers en forten aan de game toe. Liefhebbers van afwijkende speelstijlen kunnen hun hart ophalen. De dlc zit vol met ‘rare’ wapens die lak lijken te hebben aan de spelregels van de hoofdgame. Een schild waarmee je vijanden spietst, een heuse vliegende roundhouse kick, een parfumflesje waarmee je bliksem oproept: dit is Elden Ring in overdrive. Meermaals las ik de beschrijvingen van net opgeraapte items – waar nu overigens een apart tabje voor bestaat binnen je inventaris – en dacht ik: mag dit zomaar???
The Layers Between
Waar Elden Ring continu bleef verbazen door zijn omvang, is het dit keer de dichtheid die veruit de meeste indruk maakt. De spelwereld van deze uitbreiding is groot, maar niet gigantisch. En toch blijf je gebied na gebied na gebied ontdekken. De kaart is ontzettend gelaagd en laat zich niet zomaar verkennen. Enkel door observatie (en soms wat creatief platformwerk) ontdek je hoe het geografisch allemaal in elkaar steekt. En dan nog ga je waarschijnlijk hele plekken compleet missen.
Zo’n verbonden spelwereld hebben we voor het laatst gezien in de eerste Dark Souls. Daarin keek je vaak uit op eerdere gebieden, of zelfs plekken waar je nog nooit was geweest. Zie er maar te komen, was de impliciete opdracht die FromSoftware aan spelers meegaf. Dat doet de ontwikkelaar dit keer opnieuw, al geeft het je tegelijkertijd meer houvast dan ooit. In Elden Ring wezen de Sites of Grace je al de goede kant op wanneer je het zelf even niet meer wist.
In de uitbreiding treed je in de voetstappen van Miquella, broer van Malenia en zoon van Queen Marika, die zich van zijn vleselijke omhulsel ontdoet om naar The Land of Shadow af te reizen. Hij hoopt daar te ontdekken wat zijn moeder allemaal voor onvergeeflijke dingen heeft gedaan om haar koninkrijk veilig te stellen. Door de spelwereld zijn heel slim bakens van Miquella verspreid, waar hij steeds weer een deel van zijn lichaam heeft achtergelaten. Zo wordt het verhaal netjes gedoseerd en ontmoet je meteen de andere volgers van Miquella. Zij hebben allemaal zo hun eigen redenen om in dit schaduwland te zijn, die ze uiteraard weinig concreet aan jou openbaren.
The beacons are lit!
De bakens van Miquella zijn ook van belang voor het aparte upgradesysteem dat met de dlc wordt geïntroduceerd. Omdat Elden Ring zo’n grote game is loopt het level van spelers die zich aan de uitbreiding wagen ontzettend uiteen. Om toch een soort ‘uniforme’ ervaring te bieden, kun je als speler stukjes van de Scadutree (het equivalent van de Erdtree) verzamelen om jezelf sterker te maken. Heb je er een aantal gevonden, dan kun je ze inwisselen voor een procentuele boost van je aanvals- en verdedigingskracht, die alleen geldt binnen de nieuwe gebieden. Zo moet iedereen in principe mee kunnen komen met het moeilijkheidsniveau van de dlc, al blijft een percentage van een laag getal natuurlijk een laag getal. Het is daarom aan te raden om niet te vroeg naar The Land of Shadow te gaan, maar ook weer niet te laat. Ergens tussen level 120 en level 150 ligt de sweet spot.
Zie je zo’n baken van Miquella in de verte, dan weet je in ieder geval dat je weer zo’n stukje Scadutree gaat vinden. De eerste pakweg tien tot twintig uur heb je hiermee steeds een aardig aanknopingspunt voor wat je volgende bestemming wordt. Daarna komt het verhaal in een lichte stroomversnelling. Overigens wil dat niet zeggen dat het makkelijk is om de plot te blijven volgen. Maar dat heeft dit keer minder te maken met hoe gefragmenteerd het verteld wordt, en des te meer met de enorme hoeveelheid afleiding die op de loer ligt.
Probeer maar eens vooruit te gaan wanneer er achter je, onder je, naast je en boven je ook allemaal nog plekken zijn om te verkennen. Als je de spelwereld van Elden Ring uitbeeldt als een onvoorstelbaar groot bord poffertjes , dan is Shadow of the Erdree een stapel pannenkoeken die tot aan de hemel reikt. Bovendien zijn al die stukjes optionele ‘content’ veel natuurlijker in de wereld verwerkt. In Elden Ring kon het door al die grotten en catacomben nog wel eens formulematig aanvoelen, maar hier is het beter gedoseerd en geïntegreerd. Je komt het vaak ‘gewoon’ tegen in de spelwereld, in plaats van dat je systematisch alle hoeken en kieren van de map moet uitkammen. Dat loont nog steeds, maar je gaat er niet tientallen kleine kerkers vinden.
Dat wordt smiquella
De hoofdattracties van deze uitbreiding zijn overduidelijk de zogeheten ‘legacy dungeons’, de grote kastelen of nederzettingen die meer van het traditionele spelontwerp bieden waar de Souls-serie zo beroemd en berucht door is geworden. Ik wil niet te veel verklappen, maar één ervan vormt het summum van wat FromSoftware heeft gemaakt. Verschillende ingangen, meerdere bazen, nog meer uitgangen, ontzettend verticaal, een interactieve omgeving en boordevol prikkelende beeltenissen. Je weet nu al dat VaatiVidya alleen al van deze dungeon een zes uur durende reeks kan maken, mocht ‘ie willen. Laten we het hopen.
Uiteraard heeft de spelwereld verkennen ook een praktisch nut. Wie goed zoekt, vindt allerlei aansprekende talismannen en unieke wapens. Het heeft alleen weinig zin om deze allemaal te gaan behandelen in de review. Dat is niet wat Shadow of the Erdtree (of Elden Ring zelf) zo goed maakt. Zelfs met het meest standaard zwaard kun je na driehonderd uur spelen nog net zoveel lol beleven aan een beetje meppen als toen je net begon. Het ontdekken van de omgeving is beloning genoeg.
Natuurlijk zijn er ook weer genoeg nieuwe bazen te bevechten, de meeste goed, sommige ronduit geweldig. Maar de werkelijke aantrekkingskracht van deze uitbreiding laat zich niet vangen in bullet points. Die zit ‘m volledig in dat gevoel van verwondering. Hoe kom ik daar? Waar ben ik nu weer beland? Hoor ik hier wel te zijn? Kom ik hier ooit nog weg? Shadow of the Erdtree is een aaneenschakeling van dat soort magische momenten.
Try hole but fingers?
FromSoftware en Hidetaka Miyazaki doen er bovendien nog wat schepjes art direction bovenop. De uitbreiding levert niet zulke adembenemende plaatjes op als een Liurnia of the Lakes, maar de diversiteit en intensiteit is enorm. In The Lands Between is na een eeuwenlange machtsstrijd weer voorzichtig ruimte voor herstel, maar The Land of Shadow blijft vooral in verval. Het is knap hoe de ontwikkelaar van al die lelijkheid toch zulke mooie vergezichten weet te maken. Zelfs als je weinig hebt met alle lore die erachter schuilgaat, kun je niet anders dan met ingehouden adem je verkenningstocht voortzetten.
De uitbreiding steekt ook heerlijk de draak met de verwachtingen en opvattingen van zijn meest hardnekkige spelers. Te veel Ulcerated Tree Spirits (die gore grote slangachtige monsters)? Hier heb je er nog meer, en dit keer zelfs eentje middenin een gifgroen moeras. Drakenmoe? Dan voegen we er nog een stuk of zes toe. En je gaat er nog van onder de indruk zijn ook. Klaar met al die vieze vingers? (die er op een of andere manier meer als voeten uitzien, wat is daarmee, Miyazaki?) Dan wordt dat in de dlc een nog belangrijker thema. FromSoftware works in mysterious ways, en er bestaat geen betere wijze.
Shadow of the Erdtree is vanaf vrijdag 21 juni verkrijgbaar voor pc, PlayStation 5, PlayStation 4, Xbox Series X en S en Xbox One. Om de uitbreiding te kunnen spelen moet je Elden Ring in je bezit hebben en de bazen General Radahn en Mohg, Lord of Blood verslagen hebben.
Shadow of the Erdtree is een volledige game die toevallig als dlc voor Elden Ring wordt verkocht. Met z’n ontzettend gelaagde en verbonden spelwereld ben je rustig veertig tot vijftig uur zoet. In die tijd ga je meermaals bij jezelf ten rade wat je nu weer hebt gezien. Een bizar wapen, weer een nieuw gebied, een geheim nog geheimer dan dat eerdere geheim. Met deze uitbreiding vervolmaakt FromSoftware de belofte van Elden Ring: een vrije wereld om te verkennen, zonder dat daarbij de briljante regie van de makers verloren gaat.
- Bizar gelaagde wereld
- Allerlei experimentele wapens
- Het summum van spelontwerp
- Het is een volledige game