Voorzichtig enthousiast over de comeback van de licentiegame
Deze week is meer dan ooit duidelijk geworden dat de licentiegame weer in opmars is. Indiana Jones, meer Star Wars van zowel Ubisoft als EA, een (uitgesteld) Harry Potter-spel: games gebaseerd op andere media zijn weer helemaal hip en happening. Ik word er enthousiast van, maar wel met een flinke slag om de arm.
Het is niet moeilijk om je voor te stellen waarom games gebaseerd op andere media een zekere aantrekkingskracht op potentiële spelers hebben. De desbetreffende settings en personages ken je al van je favoriete films, series, boeken of strips, en komen vervolgens virtueel tot leven. Je loopt opeens écht door Hogwarts, of je zwaait écht met de zweep van Indy. Nou ja, je duwt tegen de analoge stick of drukt op een knop om rond te lopen of je zweep te laten knallen, maar het idee is vergelijkbaar.
©GMRimport
Het voordeel van games
Of je nu een verhaal uit een film naspeelt of een speciaal nieuw script in een herkenbare setting doorloopt: het voelt even alsof je zelf op de filmset staat of letterlijk in dat ene boek gezogen wordt. Dát is het voordeel dat games hebben ten opzichte van andere, passieve media. In films en boeken ben je vaak de toeschouwer, maar in games heb je echt interactie met de personages en de omgeving. Daardoor maak je (deels) je eigen verhaal.
Dat uitgevers en ontwikkelaars het weer aandurven om licentiegames op de markt te lanceren, blijkt wel uit de eerder genoemde aankondigingen. Eind vorig jaar werd bekendgemaakt dat James Bond weer terugkeert naar het virtuele toneel in Project 007, van de makers van Hitman. En de Spider-Man-games op de PlayStation-consoles gooien de laatste jaren ook hoge ogen. Alleen de Avengers-game van Square Enix viel vorig jaar kritisch en verkooptechnisch wat tegen.
©GMRimport
Slag om de arm
Toch houd ik nog een flinke slag om de arm voordat ik enorm enthousiast word van deze terugkerende trend. Ik ben immers al ‘oud’ genoeg om mij de hoogtijdagen van de licentiegame te herinneren. Zo’n beetje elke blockbusterfilm of tekenfilmfiguur die je je maar kon bedenken, kreeg zijn eigen game. Van de Flintstones en de Pink Panter tot Jurassic Park en Superman; van The X-Files en Shrek tot Pimp My Ride (echt waar) en het beruchte E.T. the Extra-Terrestrial: licentiegames verschenen bij de vleet en de kwaliteit was vaker wel dan niet van een bedroevend laag niveau.
Natuurlijk waren er uitzonderingen op de regel. Zo was GoldenEye 007 natuurlijk een absolute topper waar we met z’n allen nog altijd met weemoed aan terugdenken. Om het bij de licenties waar het deze week om draait te houden, zijn er ook diverse kwalitatief hoogstaande Star Wars- en Indiana Jones-games uitgekomen. Star Wars Episode 1: Racer en Indiana Jones and the Fate of Atlantis bijvoorbeeld. Maar dat waren echt de sporadische parels tussen héél veel troep.
Licentiegames verschenen bij de vleet en de kwaliteit was vaker wel dan niet van een bedroevend laag niveau.
-
Een nieuwe game-industrie
Dat ik toch voorzichtig enthousiast word van deze opleving van de licentiegame, is omdat we hedendaags met een compleet andere game-industrie te maken hebben. Natuurlijk is het uiteindelijke doel van bedrijven nog altijd geld binnenharken – en daar maak je met een game gebaseerd op een populaire filmfranchise nu eenmaal wat meer kans op – maar andere aspecten van de markt zijn onherroepelijk veranderd.
Zo is het ontwikkelen van een triple-A-game tegenwoordig een veel grootschaliger project dan voorheen. Er komen vaak honderden, zo niet duizenden werknemers bij kijken, en vele miljoenen dollars worden uitgegeven aan de ontwikkeling en de marketing ervan. Dat is ook niet zo gek, want onze hedendaagse gamesystemen zijn vele malen krachtiger dan de spelcomputers en pc’s uit de jaren negentig. Kort door de bocht was het voor veel bedrijven in die tijd een stuk gemakkelijker en goedkoper om er een simpele 2D-platformer uit te stampen. Er werd dan ook niet altijd even goed op de kwaliteit van het eindproduct gelet – dat was een gok die velen op de koop toe namen.
©GMRimport
Faalt je product nu, dan ben je als bedrijf al veel sneller de sigaar. Je hebt miljoenen dollars uitgegeven en die moeten terugverdiend worden. Wereldwijde recensies zijn met een klik van de muis toegankelijk en websites als Metacritic vergaren al deze recensies om tot een koelbloedig gemiddelde te komen. Socialmediaplatformen geven elke potentiële speler een platform om hun onvrede te delen. En er is meer keuze dan ooit qua gamesaanbod, dus wanneer je de middenmoot niet ontstijgt, verdwijn je al snel in de meute en stagneert de verkoop. Doei winst, en doei rooskleurige toekomst van je bedrijf. Een kwalitatief hoogstaande game afleveren is dus al de eerste belangrijke stap in een succesvol traject voor je spel.
Met dat in het achterhoofd kijk ik toch voorzichtig uit naar de diverse licentiegames die we de komende jaren kunnen verwachten. De aankomende Star Wars- en Indiana Jones-spellen, alsmede Project 007, zijn vermoedelijk nog maar het puntje van de ijsberg. Dit is een trend die gaat groeien, mede omdat uitgevers lijken aan te voelen dat deze generatie gamers de licentiegame weer een kans wil geven. Hopelijk benutten ze die kans ten volste en schaden ze ons vertrouwen niet weer zoals in het verleden. E.T. wordt immers niet voor niets mede verantwoordelijk gehouden voor de toenmalige ondergang van de game-industrie in de jaren tachtig…
Elke zaterdag verschijnt er een column op Gamer.nl die ingaat op actuele gebeurtenissen. Lees andere columns: