Demon’s Souls is de ideale kennismaking met de PlayStation 5
Naast de gezamenlijk gekozen Top 25 van 2020 vertellen Gamer.nl-redacteuren in deze rubriek individueel over de spellen die dit jaar de meeste indruk op ze hebben gemaakt. Want ondanks de coronacrisis bleven die games ‘gewoon’ uitkomen. Vandaag: Tom met Demon’s Souls.
Wat had het fantastisch geweest als Bloodborne 2 in de titel van dit artikel had gestaan. Dan had ik jubelend kunnen vertellen hoe dit langverwachte vervolg de smacht naar een nieuwe generatie consoles met vlag en wimpel had beloond. Helaas: Bloodborne 2 is niet meer dan een droom en een wezenlijk verbeterde ervaring van de oorspronkelijke Bloodborne is tot nu toe ook uitgebleven. Gelukkig is mijn wens naar het verkennen van een genadeloze wereld toch ruimschoots ingewilligd. Demon's Souls mag dan ‘slechts’ een remake zijn; het is wel een verdraaid indrukwekkende.
Voor mij is het tevens een extra bijzondere ervaring: het is de eerste keer dat ik de wereld van Boletaria binnenstap. Hoewel ik recent nog de hele Dark Souls-reeks opnieuw heb gespeeld en Bloodborne zeer hoog in het vaandel heb, had ik Demon’s Souls tot nu toe nooit gespeeld. Ik twijfelde niet of de gameplay me zou liggen, maar de ouderwetse, fletse uitstraling en krakkemikkige prestaties van het oorspronkelijke spel voelden niet uitnodigend. De kans om de PlayStation 5 in te wijden met een waanzinnig mooie én onbekende soulslike ervaring kon ik dan ook niet laten liggen.
©GMRimport
Toerist in Boletaria
Op visueel vlak is deze remake niet met zijn voorgangers te vergelijken; niet met de oorspronkelijke Demon’s Souls, maar ook niet met alle andere FromSoftware-titels. Alles is werkelijk prachtig en gedetailleerd en het geheel loopt als een zonnetje. Geen haperende animaties, óók niet als om je heen de omgeving in vlammen opgaat of wanneer meerdere tegenstanders op het scherm hun genadeloze aanval inzetten. Omgevingen met giftige moerassen blijven alles behalve fijn vertoeven, maar het scheelt wel een hoop als ze niet gepaard gaan met dramatische framedrops. Daarnaast zijn er ook nagenoeg geen laadtijden. Het loodje leggen en weer op het startpunt teruggezet worden duurt hoogstens enkele tellen. Voor een spel waarbij herhaaldelijk doodgaan onvermijdelijk is, is de afwezigheid van frustrerende laadschermen een godsgeschenk.
©GMRimport
Dat de gameplay héél trouw is aan het origineel en daarmee nauwelijks is gemoderniseerd, valt door al deze pracht en praal helemaal niet op. Enerzijds is dat het bewijs dat grafische kracht hetgeen is dat bij elke nieuwe generatie de grootste sprongen maakt, maar in het geval van Demon’s Souls toont het ook aan dat de gameplay van dit genre al sinds diens geboorte sterk in elkaar steekt. Het spel doet nog steeds geen moeite je ook maar iets uit te leggen, je moet nog steeds de aanvalspatronen van alle vijanden leren herkennen om ze effectief te bevechten en er wacht nog altijd een panische trip terug naar je zuurverdiende zielen na elk moment van falen.
Ik ben dan ook vooral heel blij dat ik Demon’s Souls op deze manier voor het eerst heb mogen ervaren. Met alle kennis van het genre en de voorgaande games op zak, waren mijn reizen door Boletaria geen slopende, helse uitdaging, maar een aangenaam toeristisch uitstapje. De basis had ik al onder de knie en die is onveranderd. Dat maakte het extra prettig om de prachtige architectuur van Boletaria’s kasteel uitgebreid te bewonderen, of de extreem gave eldritch omgevingen van de toren van Latria zorgvuldig uit te kammen. Een miniatuur Cthulhu met brute kracht de grond in boren nadat hij die verschrikkelijke verlammingsstraal voor de tiende keer op je heeft uitgevoerd, is gewoon zoveel leuker wanneer het er zo imposant uit ziet als in deze remake.
Voor een spel waarbij herhaaldelijk doodgaan onvermijdelijk is, is de afwezigheid van frustrerende laadschermen een godsgeschenk.
-
Pionier van een nieuwe generatie
De exclusiviteit van Demon’s Souls heeft ervoor gezorgd dat ik me deze generatie - tot nu toe - bij het Playstation-kamp heb aangesloten. Dat ik groot liefhebber ben van de reeks en dat dit een van de weinige échte Playstation 5-titels is op dit moment, maken het spel sowieso de gedoodverfde favoriet. Het was op het gebied van games absoluut geen slecht jaar, maar toch heb ik geen enkele andere nieuwe release zoveel en zovaak gespeeld als Bluepoints adembenemende herziening van de stamvader der soulslikes.
Maar eerlijk is eerlijk: Demon’s Souls is stiekem niet écht mijn favoriete spelbeleving van het jaar. Dat is eigenlijk mijn eerste ervaring met de nieuwste generatie spelconsoles. Lange tijd was ik behoorlijk sceptisch over de zowel de Playstation 5 als de Xbox Series X - ik ben namelijk nogal van het principe ‘eerst zien, dan geloven’. Gelukkig heb ik tot nu toe nog geen seconde spijt van mijn gok om de console aan te schaffen. Als het niet de grafische kwaliteit is, dan is het wel het gemak en de snelheid waarmee het apparaat zich laat bedienen waardoor ik zeer onder de indruk ben. Door de uitstekende Game Boost-functionaliteit gaan andere pareltjes van dit jaar, zoals Ghost of Tsushima en Borderlands 3, ook nog wel vele speluurtjes draaien.
Het resulteert in toch nog een enigszins fijne afsluiting van een anderzijds hemeltergend jaar, die spijtig genoeg niet voor iedereen die een Playstation 5 begeert is weggelegd. Gelukkig kan alles volgend jaar alleen maar beter worden, toch? Daar hoeven naast een goedwerkend coronavaccin alleen maar goede, echte next-gen spellen voor te verschijnen en voldoende nieuwe consoles voor worden geleverd. Oh, en een PS5-update voor Bloodborne, dat zou ook fijn zijn…