Nostalgie is een van de sterkste gevoelens die we hebben. Een muzieknummer, een geur of een object kan ons al terug doen denken aan onze jeugd, aan een gebeurtenis waar we met weemoed of juist met verdriet naar terugkijken. The Gardens Between draait om een nostalgische reis door de gedachten van een tweetal vrienden, waarin je beiden bestuurt door met de tijd te spelen.
Arina en Frendt zijn twee kinderen die naast elkaar wonen. Tu en hun huis ligt een tuin met een boomhut waar ze vaak hun tijd met elkaar besteden en avonturen meemaken. Het voelt alsof iemand bij indiestudio The Voxel Agents terugblikt op zijn eigen leven en een (mogelijk verloren) vriendschap, en The Gardens Between daar het eindresultaat van is.
Spelen met de tijd
In de praktijk uit zich dat doormiddel van een abstracte reis over een aantal eilanden die zijn gevuld met allerlei objecten die kenmerkend voor deze vriendschap waren. Een afstandsbediening van de televisie hier, blikjes frisdrank daar. Het ene eiland bestaat vooral uit dinosaurusbotten, geïnspireerd door een museumbezoek van de twee vrienden, en een ander eiland lijkt vervolgens op een groot riool, gebaseerd op die keer dat een van de vrienden haar jas in een rioolput verloor.
Je bestuurt Arina en Frendt niet zelf. In plaats daarvan spoel je de tijd voor- en achteruit door de analoge stick naar rechts en links te duwen. Je selecteert dan het tweetal om te sturen, maar kunt ook objecten in de omgeving manipuleren, zoals een omgevallen stapel blokken. Door de personages naar een schakelaar te ‘bewegen’ krijg je de macht over die stapel, die beweeg je dan als het ware terug in te tijd naar het punt dat die weer een geheel is, en niet meer de weg blokkeert. Op die manier komen nieuwe paden en weer andere schakelaars beschikbaar om allerlei puzzels op te lo en. Dat alles om een gloeiende lichtbol te krijgen in de lantaarn die je bij je draagt en deze naar het einde van het level te brengen, wat een korte herinnering uit het verleden van de vrienden oplevert.
Puzzelen geblazen
Deze bollen komen uit plantjes. Langs zo’n plantje lopen is genoeg om je lantaarn op te lichten. Maar pas op: er zijn ook plantjes die je licht weer wegnemen. Daarnaast kun je de lantaarn op speciale kubu en plaatsen die heel het eiland over springen. Je kunt je voorstellen dat hier allerlei puzzels uit ontstaan waarbij je regelmatig de tijd vooruit en terugspoelt.
Een voorbeeld: zet je nog gedoofde lantaarn op een kubus waar je voorbijloopt en blijf de tijd vooruit spoelen. De kubus zal in een televisie springen (mits je onderweg daar de stroom van hebt aangezet) waar hij een op Super Mario Bros. lijkend spelletje doorloopt en via een item in dat spel verlicht wordt. Vervolgens springt hij weer uit de televisie en kun je je pad vervolgen en het einde van het level bereiken. Dat is een erg simpel beschreven puzzel, maar al snel voert het spel de hoeveelheid puzzels die ontstaan door te spelen met de tijd behoorlijk op, waardoor je soms minutenlang voor- en achteruit aan het lopen bent, op zoek naar wat je nu precies ontbreekt om verder te geraken.
Sfeervol
Dat dit nergens echt gaat vervelen is te danken aan de ingetogen en sfeervolle presentatie. The Gardens Between pretendeert geen spectaculair avontuur te zijn, maar is juist een intieme vertelling over twee personages die in hun jeugd veel samen heeft meegemaakt. Doordat je in feite alleen de tijd voor- en achteruit spoelt (en hier en daar een lantaarn plaatst of aan een schakelaar trekt) voelen puzzels nooit overweldigend of oneerlijk aan. De rustgevende klanken – hier en daar een noot van een piano, zo nu en dan het geluid van regen tikkend op de ramen – ontspannen je nog verder.
De keerzijde hiervan is dat je nooit al te lang vast zit en vrij snel dendert door de pakweg twintig eilanden die het spel rijk is . Hoewel je onderweg puzzels oplost, voelt het spel doordat je de personages niet zelf bestuurt vrij pa ief aan. Een laatste level laat je alles wat je onderweg hebt geleerd nog eens toepa en, je krijgt vervolgens een laatste herinnering te zien die uitbeeldt waarom de twee met weemoed aan hun vriendschap terugdenken, en dat is het dan wel weer. Je hebt er dan een uurtje of drie, vier op zitten en krijgt geen reden om het spel nog eens te spelen.
Daarbij is het materiaal dat de game via het verhaal uitbeeldt niet zo impactvol als vergelijkbare indiegames die de laatste tijd uit zijn gekomen. De herinneringen tu en de eilanden zijn erg kort en hoewel het spel nostalgie ademt, weet het nooit de emotionele impact te hebben van bijvoorbeeld een Celeste. Nee, The Gardens Between moet het echt hebben van zijn sfeer, de aanlokkelijkheid van met melancholie terugdenken aan een mooie en emotionele periode in je leven. Daar kan iedereen zich wel in vinden.
The Gardens Between is vanaf 20 september beschikbaar voor pc, Switch en PlayStation 4. Voor deze recensie is de Switch-versie gespeeld.