“Ik schrijf je een lange brief, want ik heb geen tijd voor een korte”, schreef de Franse filosoof Blaise Pascal in de zeventiende eeuw. Beknopt schrijven is veel moeilijker dan uitgebreid. Inkorten is een schrijverskunst, maar die vertaalt zich ook naar gamedesign. Genoeg games gaan te lang door en kakken in. Ik dacht dat Starfield zo’n game was, maar de pacing en afwisseling zijn juist wat ik aan Starfield waardeer.
Een perfect gepacete videogame bestaat niet, maar voor mij komt The Legend of Zelda: Tears of the Kingdom in de buurt. Net als Breath of the Wild is Tears of the Kingdom zó immens dat veel spelers nooit alle uithoeken van Hyrule zullen zien. Toch voelt de spelwereld op maat gemaakt. Je interesse wordt continu geprikkeld en die prikkels worden continu beloond met nieuwe avonturen.
Zo’n getrimde open spelwereld is ingewikkeld en zeldzaam. Neem de opzet van Assassin’s Creed Valhalla. Alleen al het introductiegebied is een spel op zich. Er is zó veel te doen dat het duizelingwekkend is. Sommige mensen vinden dat leuk, maar ik vind dat begin saai. Er is weinig afwisseling en het tempo ligt laag vanwege de gigantische schaal van de spelwereld. De bevrediging zit ‘m vooral in het afvinken van missies op je immer aanzwellende questlog.
Te groot?
Waarom is dat relevant in een verhaal over Starfield, hoor ik je denken. Nou, de ene open wereld is de andere niet. Het spectrum aan openwereldgames is breed, en als ik mag kiezen, dan vind ik Zelda’s filosofie veel aantrekkelijker dan die van veel concurrenten. In Tears of the Kingdom heb je alle vrijheid, maar is die vrijheid ook gecureerd. Dat vind ik een prettig idee, want mijn tijd is kostbaar, zeker met al die goede games dit jaar.
Na het spelen van Baldur’s Gate 3 - een game met totale vrijheid in de afdeling rollenspel - hield ik mijn hart vast voor Starfield. Bethesda’s rpg werd in de markt gezet als een immens ruimteavontuur. Tijdens de Starfield Direct zei Bethesda-regisseur Todd Howard dat Starfield “wel vijf of zes games ineen” is. Een Xbox-official ging daar nog even overheen door later te zeggen dat Starfield pas echt op gang komt na 130 uur speeltijd.
Inmiddels heb ik zo’n twintig uur Starfield op de teller staan en kan ik bevestigen dat die quotes overtrokken zijn. Het begin van Starfield zet je weliswaar op het foute been. De eerste paar missies sturen je van hot naar her terwijl je nog geen idee hebt wat het spel nou precies leuk maakt. Maar Starfield heeft wel degelijk een ritme. En nadat je dat ritme vindt, wordt Starfield een van de vlotste games in zijn genre.
Omslachtig menuutje
Dat is natuurlijk geen toeval. Dat is een designkeuze. Starfields tempo ligt hoog omdat Bethesda bepaalde segmenten van het genre heeft weggesneden. Veel mensen waren teleurgesteld toen afgelopen week duidelijk werd dat reizen met je ruimteschip overbodig is in Starfield. Geen spannende tochten naar het onbekende: het bezoeken van andere planeten gaat in Starfield via een hopeloos onduidelijk en omslachtig menuutje.
Dat is een gemis. Had het op z’n minst optioneel gemaakt, denk ik dan. Maar goed, onderaan de streep heeft deze manier van reizen een groot voordeel. Je gaat nu met een sneltreinvaart door de game heen. Heb je een missie afgerond? Nog geen minuut later sta je weer op je thuisbasis om met je teamgenoten te praten. Binnen luttele seconden reis je tussen sterrenstelsels, ongeacht waar je bent. Dat is best uniek.
Het reizen is in openwereldgames onderdeel van het design. In Red Dead Redemption, The Witcher 3 en Horizon wordt het reizen van punt A naar B aangegrepen om ademruimte tussen actierijke en verhalende momenten te creëren. Vaak krijg je dan een hulpmiddel waarmee reistijden worden ingekort, zoals een paard of een auto. Een spelwereld hoeft zo niet geschaald te worden op loopafstanden. Zulke hulpmiddelen staan schaalvergroting toe.
Starfield schiet dat openwerelddesign het airlock uit, want de game heeft geen noemenswaardige reistijd. Na ongeveer vijftien uur spelen vloog ik in een kwartiertje tijd naar een bankoverval, naar een ruimtestation én naar een ruimteschipgevecht. Die afwisseling vond ik verfrissend. Dat geldt al helemaal wanneer je missies afwisselt met momenten van rust. Ja, Starfield heeft een lekker tempo, maar hoe hoog dat tempo is, ligt helemaal aan jou.
Afwisseling
Zo vind ik het heerlijk om in de steden rond te lopen. Dat klinkt saai, maar rondlopen heeft me in Starfield nog niet teleurgesteld. New Atlantis is waarschijnlijk een van de eerste steden die je bezoekt. Na twintig uur spelen besef ik dat ik nog amper heb gezien wat New Atlantis te bieden heeft. Ik neem moedwillig afstand van Starfields ritme, loop doelloos door de stad en verdrink vrijwel meteen in de world building waar Bethesda om bekendstaat.
Ik kom in een museum terecht waar ik word bijgepraat over een grote oorlog. Onder dat museum ligt een archief. Daar wordt de verboden technologie van die oorlog bewaard. Volgens mij kan ik die spullen stelen. Later loop ik een bank binnen. Ik spreek de directeur aan. Hij heeft me ingehuurd. Binnenkort ga ik wat mensen ‘vragen’ om hun lening af te betalen. Oh, en ik heb mijn ouders ontmoet! Enkel door een triviaal appartement in te lopen.
Ik vind het leuk om de rol van ‘bewoner’ op me te nemen in Starfield. Om winkels binnen te lopen om met mensen te praten en te kijken wat er te koop is. Ik weet dat ik binnen luttele seconden terug de actie in kan duiken om als ruimtesheriff bankovervallers in de cel te gooien. Maar soms wil ik gewoon op mezelf zijn. Ik hoef niet altijd aan te staan. Dankzij de geweldige world building vind ik het nooit erg om in Starfield gas terug te nemen.
Er valt genoeg op het design van Starfield aan te merken, met name de user interface en de hinderlijke map. Toch leerde ik zelfs de vele lege en loze planeten te waarderen in Starfield. Ja, ze zijn saai. En nee, ik kom er niet vaak. Er is weinig te halen behalve momenten van rust, maar hey, dat is ook wat waard. Die lege planeten vullen de ruimte tussen actie en verhaal. Inderdaad, zoals het reizen van plek A naar B dat in de meeste openwereldgames doet.
Maar in Starfield zijn ze optioneel. En dat kan ik echt waarderen.
©GMRimport