We Happy Few (hands-on) | Gamer.nl

We Happy Few (hands-on) | Gamer.nl

Een dik jaar geleden ontving Compulsion Studios maarliefst 266,163 dollar middels hun Kickstarter-campagne voor hun nieuwe game We Happy Few: de survivalgame waarin blijdschap slechts een masker is en een depressieve wereldkijk je leven kan redden. De game is nu in early access op Steam en Xbox One om te kunnen proeven aan de wondere wereld van Wellington Wells: vrolijke ontkenning, jolige griezels en een retro-futuristisch, psychedelisch Merry Old England.

1964. In een voortdurende oorlog met de rest van Europa, veroverde het Duitse Rijk Groot-Brittannië. De inwoners van de eilandstad Wellington Wells waren genoodzaakt afschuwelijke dingen te doen om zichzelf van de ondergang, die hun Britse landgenoten trof, te redden. Het trauma dat zij eraan overhielden, wisten zij uit met een nieuwe drug, Joy.

Joy is een hallucinogene stof die de Wellies verplicht dagelijks innemen – de joviale Uncle Jack ziet daar wel op toe. De pil maakt de inwoners van Wellington Wells niet alleen overdreven en geforceerd gelukkig, maar ook makkelijk manipuleerbaar. De stad verviel in ongenade, zonder dat haar inwoners zich ervan bewust waren en er iets tegen konden doen. Mensen die de klaarheid van geest hadden zich af te vragen waar men in godsnaam mee bezig was, stopten met het nemen van hun Joy en zagen de wereld voor hoe ze echt is. Reden tot terneergeslagenheid, maar de Wellies kunnen daar niet zo goed mee overweg. Geweld is dan de enige oplo ing.

We Happy Few

Arthur Hastings

We Happy Few begint met Arthur Hastings, die zijn werk zit te doen op zijn kantoor – censureren van oud nieuws, à la 1984. Wat niet staat geschreven, is ook nooit gebeurd. Een krantenartikel dat hij voor ogen krijgt, roept echter herinneringen op die hij het liefst onderdrukt. Automatisch grijp je naar je Joy-pillen. De game geeft je de keuze ze te nemen, of ze even aan de kant te leggen. Het zekere voor het onzekere nemen: je neemt ze in… en de aftiteling begint. Na vijf minuten is het spel afgelopen.

Opnieuw. Dit keer neem je géén Joy. In wat volgt zien we hoe Arthur als Downer ontmaskerd wordt en op de vlucht slaat voor de knuppel-handhavende en gemeen grijnzende politieagenten (die de game, in goed Engels jargon, Bobbies noemt). Arthur komt terecht in het Downer-getto van Wellington Wells, zonder vrienden, voedsel, drinken, of enig idee wat hem te doen staat. En de game kan beginnen.

In We Happy Few is het daarom natuurlijk vooral zaak te overleven en dat is bijzonder moeilijk. Zonder je Joy is de realiteit opeens best eng. Voedsel is enorm schaars. Je zoekt je toevlucht tot rot vlees, donzig schimmelbrood, of worteltjes en boontjes die een iets te eigenaardige kleur hebben gekregen. Daar word je ziek van, maar je moet toch wat. Met wat geluk vind je besjes aan de struiken, of heeft iemand nog eetbaar voedsel dat je van hem af kunt pakken. Maar onder die veronderstelling zijn de andere Downers in het getto natuurlijk ook. Nergens is het veilig.

We Happy Few
We Happy Few
We Happy Few

When in Rome…

Nadat je de proloog gespeeld hebt, ben je vrij te gaan en staan waar je wilt. Maar het is een gevaarlijke wereld en je moet verstandig kunnen mengen met de mensen op straat. In het getto gedraag je je onopvallend, tu en de Wellies doe je je vrolijk voor. Verstop je in vuilnisbakken of op een bankje achter een opengeslagen krant. Bijzondere personages kunnen Downers opsporen, blijven je wantrouwig nakijken, of proberen je ruw Joy toe te dienen. Elk stadsdistrict is hier anders in: je kunt het aflezen aan de mode van de mensen en hun gedrag (draag daarom een mooi pak als je in het rijke district rondloopt). Als allerlaatste redmiddel kun je altijd nog wat Joy nemen, om aan alle argwaan te ontsnappen. De wereld ziet er dan meteen een heel stuk… vriendelijker uit.

Zoals de verantwoording bij het opstarten van We Happy Few al zegt, zit er geen verhaallijn in de bèta-versie. Quests die er zijn handel je af door veel zaken te verzamelen. Stukjes metaal om dingen in elkaar te knutselen, een tak als wapen, stoffen en plakband om betere schoenen van te maken, voldoende voedsel, drinken en medicijnen natuurlijk. Je zult het getto ondersteboven moeten keren om alle benodigdheden te vinden, want schaarste heerst alom. Grote delen van de quests vereisen op dit moment daarom veel gemanoeuvreer door de sombere straatjes, die allemaal op elkaar lijken. Je hebt een kaart tot je beschikking, waar alle quest-punten continu op zijn weergeven.

We Happy Few

15 minuten een volle maag

Enkele menu’s geven je, naast de kaart, toegang tot je eigen inventaris. Je hebt maar beperkte ruimte, dus denk goed na over wat belangrijk is om bij je te hebben. Verschillende kledingstukken kun je dragen – en craften, als je ze niet hebt. Ook is er daarom een knutselmenu, waarin je ziet wat je nodig hebt om nuttige wapens, gereedschappen of medicijnen te maken. Symbooltjes boven in het scherm geven te kennen wanneer je gezondheid achteruitgaat, je honger of dorst hebt, slaperig wordt of ziek bent. Die symbooltjes staan nagenoeg constant in het scherm, want je hebt nog maar pas gegeten, of je hebt alweer honger. In deze bèta-versie ben je bijna alleen met overleven bezig en kom je amper aan quests toe. Dat kan, als er straks een verhaallijn in de game zit, sterk afleiden.

Verra ing: als je voedsel uit huizen plundert, roept dat vaak het ongenoegen van de bewoners op. Zij roepen dan om hulp, waardoor je met je scherpe tak vaak tegenover een meute boze knuppelaars staat. Die bewegen houterig, vallen één voor één aan, achtervolgen je tot je van vermoeidheid neervalt, laten je dan even op adem komen en knuppelen je dan alsnog neer. Dit kan nog wat uitgebalanceerd worden. Maar deze preview is dan ook vooral bedoeld om een idee van Wellington Wells, van het overleven en van de thematiek van de game te krijgen.

Homo homini lupus

Thomas Hobbes’ ‘De mens is een wolf voor andere mensen’ klopt als een bus: het is pompen of verzuipen in Wellington Wells en om te overleven moet je koppen inslaan. Maar meer dan een spitse tak of, met wat geluk, een breekijzer, heb je niet om van je af te slaan. Je komt daarom vaak akelig dicht bij doodgaan. De game geeft je wel nog een kans te ontsnappen door ergens met erg zwakke gezondheid wakker te worden. Je zult echter zelf voor je genezing moeten zorgen. Heb daarom verbandjes en zalfjes bij je, of je overleeft niet lang.

We Happy Few

Om te overleven moet je om je heen luisteren. Niet alleen levert dat informatie op, maar ook krijg je zo de vele verwijzingen in de game mee. De mensen spuien oneliners uit Juvenalis, Shakespeare en kla ieke mythologie. Het ontsnappende hoofdpersonage, de alziende Uncle Jack (briljant gespeeld door Julian Casey), en de geconditioneerde maatschappij zijn gulle verwijzingen naar 1984. Ook in dat boek staat het conformeren met de schijnwerkelijkheid of de akelige realiteit onder ogen durven zien centraal. En in veel opzichten kan ook gezegd worden dat de game sterk op BioShock lijkt.

In de dystopie van We Happy Few is het een constant kiezen tu en illusie en realiteit. Het spel gaat over het maken van die keuze. Rebelleer tegen het systeem en neem géén Joy: jij bent de outsider in die robotische, zichzelf controlerende maatschappij van gemaskerde, gemanipuleerde Joy-slikkers. Hiermee spreekt het spel zich al in het begin tegen: waar het belangrijkste thema het maken van de keuze is om tégen de normen en waarden van je omgeving in te druisen, ontneemt de game je die keuze al binnen de eerste vijf minuten. Om het spel überhaupt te kunnen spelen, moet je namelijk weigeren je Joy te nemen. Vrolijk word je er niet van, wijzer wel.

We Happy Few komt ergens in 2016 uit op pc, Mac en Xbox One.

Artikel als favoriet toevoegen
Deel dit artikel

Aanbevolen voor jou