Volgens de GfK-ChartTrack-data is Medal of Honor wereldwijd anderhalf miljoen keer verkocht. Deze data is vijf dagen na de Amerikaanse lancering (en dus twee dagen na de Europese en Aziatische lancering) gemeten. "Medal of Honor is één van EA's meest diepe series en we zijn blij dat fans wereldwijd de nieuwe game accepteren. In dit ultracompetitieve genre, onderscheidt Medal of Honor zich van de rest", aldus EA's Frank Gibeau.
EA-baas John Riccitiello heeft bovendien tegen Fox News gezegd dat de game honderd miljoen dollar heeft opgeleverd in de eerste week na release. Hoewel dat meer is dan de meeste games, is dat niet zoveel als de meest succesvolle concurrenten van Medal of Honor. Zo bracht Xbox 360-game Halo: Reach 200 miljoen dollar op in één dag. Call of Duty Modern Warfare 2 leverde binnen 24 uur alleen in de Verenigde Staten en in het Verenigd Koninkrijk 310 miljoen dollar op.
Electronic Arts heeft de Medal of Honor-serie nieuw leven in geblazen om hoofd te bieden aan het zeer succesvolle Call of Duty, van uitgever Activision. De cijfers die Medal of Honor van recensenten kreeg zijn echter niet zo hoog als die van zijn concurrent. EA houdt er rekening mee dat het een aantal jaren zal duren voordat hun game succesvoller kan zijn dan Call of Duty. Het recent verschenen Medal of Honor zal dan ook hoogstwaarschijnlijk een opvolger krijgen. Daarvoor moeten er wel eerst drie miljoen exemplaren worden verkocht, zo zei EA eerder.
Controverse
Medal of Honor was voorheen een serie shooters die zich beperkte tot de Tweede Wereldoorlog. Het nieuwe deel, dat uitkwam op 15 oktober, gaat echter over het nog lopende conflict in Afghanistan. De game kreeg voorafgaand aan de release veel kritiek, omdat de keuze voor de setting van de game respectloos zou zijn tegenover gesneuvelde soldaten en omdat de Taliban als speelbare factie in het multiplayergedeelte van het spel zit. De kritiek leidde ertoe dat de Taliban werden hernoemd naar Opposing Force. Ondanks de naamswijziging, is de game echter niet verkrijgbaar in gameshops op Amerikaanse legerbases.