De minor Games & Simulations is in 2006 van start gegaan dankzij initiatiefnemers Geoff van den Ouden, Rob Zoetweij en Bob Pikaar. Vanwege verschillende redenen besloten de drie heren hun kennis die ze in de praktijk hebben opgedaan te delen met de studenten van Hogeschool Rotterdam. De drie musketiers zagen onder andere een jaarlijkse marktgroei van tien procent in de Nederlandse game-industrie en alhoewel er alternatieve opleidingen zijn, zagen ze dat Nederland meer behoefte heeft aan een allround-developer dan een gespecialiseerd persoon. “We merkten dat er binnen de Nederlandse game-industrie behoefte was aan goede mensen bij wie niet per se 'game developer' op het voorhoofd staat”, zegt Geoff van den Ouden, een van de initiatiefnemers.
Games & Simulations is meer gericht op het opleiden van allround game-ontwikkelaars. Daarin onderscheidt de één jaar durende opleiding zich van andere scholen, waarbij specifiek mensen worden opgeleid tot designer, programmeur of sound-design. Het eerste jaar wordt in 2D ontwikkeld en het laatste halfjaar in 3D. Tijdens de minor komen studenten bij elkaar van verschillende opleidingen die in kleine groepjes een jaar lang een game ontwikkelen. “Wat we binnen de minor doen is iedereen eenzelfde basis aan kennis meegeven omtrent het maken van games en ze helpen hun expertise nog beter te gebruiken. Dus ook een creatieveling krijgt bij ons iets over programmeren en moet daar iets mee kunnen. Dat is noodzakelijk om op een gegeven moment beter te kunnen communiceren met de programmeurs in zijn team”, zegt Van den Ouden.
Aanvullend programma
Een breedgeoriënteerde en gevarieerde minor van slechts een jaar klinkt leuk, maar er liggen ook gevaren op de loer. Zo worden de studenten breed opgeleid in plaats van dat ze een specialisme ontwikkelen. In een jaar tijd kunnen de studenten nooit evenveel informatie opdoen als bij een specifieke opleiding. Van den Ouden is zich daar echter wel van bewust: “We beseffen ons heel goed dat we slechts een aanvullend programma van een jaar aanbieden voor een student die in principe al een studie heeft gekozen.” Maar hij onderstreept het belang dat studenten uit hun eigen vakgebied moeten stappen om het volledige ontwikkelingsproces beter te begrijpen. “Je leert om vanuit een ander perspectief naar games te kijken. We merken dat studenten op die manier heel veel leren van wat het nou precies inhoudt om een game te maken”, zegt Van den Ouden.
Robolution
De studenten worden aangespoord om met een uniek concept op de proppen te komen. Na een jaar hard werken, twintig uur per week, mogen ze uiteindelijk hun kindje aan het publiek presenteren. Er zijn drie studentengroepen die ieder hun game hebben ontwikkeld. Zo is er ‘The Heist’, waarin een blinde kluiskraker indirect bestuurd wordt door middel van beveiligingscamera’s. Het ontwikkelingsteam QB Games heeft daarentegen een online multiplayergame genaamd ’Robolution’ ontwikkeld.
Angstmeter
Als klapper op de vuurpijl komt het studententeam Purple Monkey Dishwasher met de horrorgame ‘De Sage van Anna’. In deze game staat angst centraal en wordt je angst gemeten middels een hartslagmetertje met USB-aansluiting. Hoofdpersonage Anna reageert op jouw schrikmomenten. Wanneer jij schrikt, schrikt Anna ook. De bewuste schrikmomenten werken overigens niet altijd even vloeiend in de game. “Soms dan moesten gamers lachen op momenten dat ze moesten schrikken”, zegt Koen van der Horst, teammanager van Purple Monkey Dishwasher.
De vierdejaar tudenten zijn met de presentatie van hun game aan het einde gekomen van hun minor en moeten hierna beginnen met hun scriptie. De projecten The Heist en Robolution komen daarmee tegelijkertijd aan hun einde en zijn uiteindelijk alleen studieprojecten geworden. “We zouden wel door willen gaan met het ontwikkelen van de game, maar we hebben het te druk nu we moeten afstuderen”, zegt Maurice Sammels, game-designer van Robolution. Alleen Purple Monkey Dishwasher gaat door met de ontwikkeling van De Sage van Anna. “We gaan door met de ontwikkeling van de game. We moeten nog een aantal levels toevoegen”, zegt Martijn van der Meer die zelf de engine voor de game heeft geschreven.
Sterke basis
De minor Games & Simulations geeft je een goede basis voor het maken van games. Het betekent echter niet dat het makkelijk is om in de Nederlandse gamindustrie aan de bak te komen nadat je de minor gevolgd hebt. “Alleen met een serieuze pa ie voor games en inzet om er echt voor te gaan, heb je een goede kans op een mooie baan. Het komt zeker niet vanzelf aanwaaien”, zegt Van den Ouden. Sommige studenten die de minor hebben gevolgd werken nu bij bedrijven zoals Ranj, E-Semble en Khaeon. Sommigen zijn zelfs een eigen bedrijfje gestart.