Je doet er goed aan om je te verrijken aan al wat Moeder Natuur je te bieden heeft, want echt vriendelijk is je directe omgeving niet. Amerika is overspoeld en enkel wat kleine eilanden zijn nog begaanbaar. Samen met je trouwe compagnon, een vrolijke maar sterke hond, maak je er het beste van door simpelweg te overleven. Aesop – de hond – draagt hieraan bij door bij elk wi ewasje te blaffen en, mi chien nog wel belangrijker, door een aantal spullen voor je te dragen.
Stroomafwaarts
Het intere ante aan deze survivalgame is niet eens zozeer dat de spelwereld willekeurig gegenereerd wordt. Dit zorgt er weliswaar voor dat je continu op je hoede moet zijn, omdat op de meest onverwachte plekken een beer of wolf opduikt, maar het is een bekende insteek voor roguelikes. The Flame in the Flood maakt indruk door de stroming van de rivier.
Oftewel: ongeacht de hoeveelheid upgrades aan je boot kun je nauwelijks stroomopwaarts varen. Hierdoor is elk bezoek aan zo’n rotseiland je laatste. Vind je er drinkbaar water of een konijnenfamilie, maar laat je het voor wat het is, dan kun je niet zomaar terug wanneer je sterft van de honger. Het ligt dan voor de hand om konijnenbouten te maken, maar zo makkelijk is dat nog niet. Heb je niet de juiste objecten voorhanden om een val te maken, dan vang je er geen een; er met een zakmes achteraan rennen levert in The Flame in the Flood weinig op.
Door deze benadering dwingt de game je om continu keuzes van levensbelang te maken. Kun je je het veroorloven om een waterfles minder bij je te dragen, maar daardoor wel een pijl en boog op zak te hebben, of betekent dat je einde? En welke eilanden bezoek je? Van tevoren geeft The Flame in the Flood je wat basale informatie over het eiland, bijvoorbeeld of er mogelijk wat benzine te vinden is of dat het een vi ersplek is. Ze allemaal bezoeken is eigenlijk niet mogelijk: tegen die tijd is de boot kapot, je eten op en het aantal roofdieren niet te overzien. Maar omdat je nauwelijks stroomopwaarts kunt varen, kun je ook niet zomaar als een razende doorvaren.
Overleven met een kleine rugzak
Als survivalgame is The Flame in the Flood dus uitstekend. Het tempo ligt (door de niets ontziende rivier) relatief laag en mede daardoor voelt elke gebeurtenis gewichtig. Ook daagt de game je behoorlijk uit: het is sowieso al lastig om te overleven, maar de beperkte hoeveelheid baggage maakt het nog moeilijker om op alle mogelijke situaties voorbereid te zijn.
Micromanagement is daardoor cruciaal, maar ook leuk. Het loont zich om uit te zoeken welke ingrediënten je nodig hebt om een voedselvergiftiging tegen te gaan; de kans is aanzienlijk dat je er een oploopt, maar het geeft je ook een gevoel van controle. De rivier heb je niet in de hand, maar je kunt zo op z’n minst je eigen lichaam beschermen.
Hier is ook het voornaamste kritiekpunt gelegen: het aantal verschillende objecten, spullen, gebeurteni en en dieren valt enigszins tegen. Steeds kom je dezelfde schoolbus tegen, nog een konijnenfamilie en een op de loer liggende boswolf, weer een struikje moerbeien en de zoveelste vislijn. Zowel in de verhaalmodus (een verkapte, doch uitgebreide tutorial) als in de endle -modus resulteert dit uiteindelijk in een herhalingsoefening.
Voor de meeste survivalgames zou dit een doodsteek zijn. Ook in The Flame in the Flood is het mi chien niet gewenst, maar de ontwikkelaar leidt je er op een vernuftige manier omheen. Omdat je continu van eiland naar eiland vaart – oftewel, steeds een volledig nieuwe omgeving betreedt en al het andere achterlaat – is er genoeg variatie om dit enigszins te verbloemen. The Flame in the Flood is dus geen survivalgame met een lengte van een Don’t Starve of Rust, maar springt er op elk ander front uit.
The Flame in the Flood is verkrijgbaar voor Mac, pc en Xbox One. Voor deze review is de pc-versie getest.